ECTS-database Plantijn Hogeschool
  
 

2 Bedrijfsmanagement - 2RP - Onderdelen - Fiscaal & sociaal recht/6
  

O.O. heeft componenten: Neen
Afstudeerrichting: -:-
Code: 2JM24
Academiejaar: 2007-2008
Type: kern
Niveau: inleidend
Programmajaar: 2
Periode binnen het modeltraject: M:6
Aantal studiepunten: 4
Wegingscoëfficient: 4
Totaal aantal contacturen: 60
Totaal studietijd: 104
Deeltijds programma:
Examencontract: mogelijk
Deliberatie: mogelijk
Vrijstelling of overdracht: mogelijk
Onderwijstaal: Nederlands
Lector(en): Vandewalle Koen


 

KORTE OMSCHRIJVING

Fiscaal recht:

Voor de burger wordt het alsmaar moeilijker om zijn aangifte correct in te vullen.  Nadat de student vetrouwd gemaakt wordt met een aantal basisbegrippen (personen ten laste, belastingvrije som, kadastraal inkomen, enz.), moet deze in staat zijn om een eenvoudige aangifte in te dienen.

Sociaal recht:

De nadruk wordt gelegd op de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten.  Daarnaast komen ook een aantal topics inzake sociale zekerheid aan bod, zoals bijvoorbeeld de gezinsbijslagen.


COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
 Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

Algemene competenties

  • JM101 Denk- en redeneervaardigheid
  • JM102 Verwerven en verwerken van informatie
  • JM103 Vermogen tot kritische reflectie en projectmatig werken
  • JM104 Creativiteit
  • JM106 Het vermogen van communiceren van informatie, ideeën, problemen en oplossingen, zowel aan specialisten als aan leken
  • JM107 Ingesteldheid tot levenslang leren
Algemene beroepsgerichte competenties
  • JM208 Teamgericht kunnen werken
  • JM209 Oplossingsgericht kunnen werken in de zin van het zelfstandig kunnen definiëren en analyseren van complexe probleemsituaties in de beroepspraktijk en het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingsstrategieën.
  • JM210 Het besef van maatschappelijke verantwoordelijkheid samenhangend met de beroepspraktijk
  • JM211 Een brede interesse en openheid hebben naar andere culturen, alsook kennis hebben van de actualiteit, de politiek alsook van het maatschappelijke en economische gebeuren
Beroepsspecifieke competenties
  • JM312 Voorstudie: hij kan gegevens verzamelen, vakliteratuur bijhouden, wetswijzigingen en evoluties in de rechtspraak opvolgen, een probleem analyseren, besluiten formuleren, vakgenoten en andere deskundigen consulteren.
  • JM313 Creatie: hij kan juridische informatie systematisch verzamelen, analyseren en interpreteren, een eigen vakbibliotheek aanleggen en bruikbaar houden
  • JM314 Advies- en informatieverstrekking: hij kan bedrijfsjuridische adviezen formuleren (aan personeel en directie) in zijn domein van tewerkstelling, hij is in staat om juridische teksten te synthetiseren en te vulgariseren, hij verleent advies buiten het bedrijf (aan klanten, overheid, andere bedrijven,?)
  • JM316 Controle: hij doet controle op de juiste interpretatie van wetgeving, rechtspraak en procedures, hij controleert het bestaan van nieuwe wetgeving en zorgt voor de verspreiding ervan,hij doet opvolging van contracten, termijnen
  • JM319 Accuratesse: hij kan de rechtsbronnen nauwkeurig interpreteren, zijn werk op een efficiënte en ordelijke wijze organiseren ?ook onder tijdsdruk-, hij respecteert afspraken en termijnen, hij maakt een accuraat gebruik van de juridische terminologie
  • JM321 Kritische ingesteldheid: hij kan de feiten objectief weergeven, heeft relativeringsvermogen, hij controleert de argumenten van de tegenpartij steeds op hun juistheid en tracht ze te ontzenuwen
  • JM322 Beslissingsvermogen: hij kan een gemotiveerd standpunt omtrent een juridische vraag formuleren, hij neemt naargelang zijn verantwoordelijkheid zelf een beslissing of in overleg.
  • JM325 Leergierigheid: hij beseft de noodzaak tot levenslang leren, hij heeft een nooit aflatende interesse voor de evoluties binnen het recht, hij heeft een brede maatschappelijke interesse die zich uit in het volgen van de actualiteit, parlementaire werkzaamheden en ethische kwesties.
  • JM330 Zin voor initiatief: hij wacht niet op instructies, hij zoekt ook naar de niet-evidente weg.
  • JM331 Aandacht voor competentieontplooiing: Hij kan de vakliteratuur hanteren, hij blijft door constante studie op de hoogte van de evolutie van het recht.
  • JM332 Assertiviteit: hij kan een gemotiveerd standpunt verdedigen ?ook tegen superieuren-. Hij durft uit te komen voor zijn eigen mening.
  • JM335 Zin voor samenwerking: hij kan in teamverband activiteiten plannen en evalueren, hij kan een probleemoplossend gesprek voeren, hij pleegt overleg met vakgenoten uit andere disciplines, hij is zich bewust van zijn relatie met de omgeving: hij onderkent de normen, waarden en posities binnen zijn beroepsgroep.
  • JM336 Juridische kennis: hij heeft de vereiste kennis van wetgeving, rechtsleer, rechtspraak van: staatsrecht, administratief recht, burgerlijk recht, strafrecht, gerechtelijk privaatrecht, handels-en economisch recht, sociaal recht, fiscaal recht, milieurecht. Afhankelijk van de gekozen afstudeerrichting beheerst hij grondige de juridische domeinen hieraan gerelateerd.
  • JM338 ICT: hij is een gevorderd gebruiker van Microsoft Office pakket. Verder hanteert hij electronische informatie-, communicatie- en organisatietechnologie in zijn dagdagelijkse beroepspraktijk. Daarnaast kan hij werken met specifieke juridische software.

SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
  • De student is in staat om analytisch en kritisch te denken, om informatie te verwerken en te analyseren, om de geziene leerstof te toetsen aan praktijkvoorbeelden.
  • De student heeft de attitude om bij te leren, om vragen te stellen, om zich te informeren en de actualiteit op te volgen, om sociaal vaardig gedrag te tonen, om taken tijdig en verzorgd in te leveren en te controleren op hun volledigheid, om in teamverband te kunnen werken, om zijn persoonlijke visie stevig te onderbouwen.


VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn

Geen.


Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn

Geen.


Andere begincompetenties

Geen.


LEERINHOUDEN
  • Fiscaal recht: inleiding tot de personenbelasting.
  • Sociaal recht: inleiding tot het arbeidsrecht + inleiding tot het sociaal zekerheidsrecht.

STUDIEMATERIAAL
  • 'Initiatiecursus Personenbelasting', Pelckmans, meest recente versie!  (De bijlagen mogen worden geraadpleegd tijdens de hoor- en werkcolleges, alsook op het examen op voorwaarde dat er niets werd bijgeschreven.  Loutere aanduidingen met fluo en/of onderstrepingen zijn wél toegelaten).
  • De bijlagen uit de cursus 'Praktisch sociaal recht', meest recente versie!  (De bijlagen mogen worden geraadpleegd tijdens de hoor- en werkcolleges, alsook op het examen op voorwaarde dat er niets werd bijgeschreven.  Loutere aanduidingen met fluo en/of onderstrepingen zijn wél toegelaten).
  • Een wetboek (naar keuze) mag worden geraadpleegd tijdens de hoor- en werkcolleges, alsook op het examen op voorwaarde dat er niets werd bijgeschreven (loutere aanduidingen met fluo en/of onderstrepingen zijn wél toegelaten).  Het is evenwel uitsluitend de verantwoordelijkheid van de student te beschikken over een up-to-date wetboek.

WERKVORMEN
Soort werkvorm uren  

%

hoor- en werkcolleges:

38

 lesuren

  31,67

practicum en oefeningen:

10

 lesuren

  08,33

vormen van groepsleren:

10

 lesuren

  08,33

studietijd buiten contacturen:

60

 klokuren

  50,00

Verdere toelichting:
  • Hoor- en werkcolleges met praktische toepassingen.
  • Zelfstandig werk.

EVALUATIE

Eerste examenperiode
  • Groepswerken (5 punten, waarvan 2,5 punten voor fiscaal recht en 2,5 punten voor sociaal recht - Deze cijfers bestaan voor 50% uit de behaalde groepsscores en voor 50% uit de gemiddelde scores op peerevaluatie).
  • Bijdragen aan het discussieforum op Blackboard (3 punten).  De bijdragen betreffen de persoonlijke commentaren van studenten aangaande actuele thema's inzake sociaal recht en personenbelasting.
  • Schriftelijk examen van twee klokuren (12 punten, waarvan 6 punten voor fiscaal recht en 6 punten voor sociaal recht).
    Fiscaal recht: uitsluitend praktische oefeningen;
    Sociaal recht: zowel theorievragen (cfr. de vragen die telkenmale achter ieder hoofdstuk in het handboek staan vermeld), alsook praktische oefeningen.  De nadruk zal evenwel gelegd worden op de praktische oefeningen.

tijd voor examinering
uren
2

%
 
 01,67

Tweede examenperiode
  • Overdracht van de punten van de groepswerken (5 punten)
  • Overdracht van de punten van de bijdragen aan het discussieforum op Blackboard (3 punten)
  • Schriftelijk examen van twee klokuren (12 punten, waarvan 6 punten voor fiscaal recht en 6 punten voor sociaal recht)

 

OPMERKINGEN (voor zowel de eerste als de tweede examenperiode):

  • De bijlagen uit de cursus 'Initiatiecursus Personenbelasting' (meest recente versie!) mogen worden geraadpleegd op voorwaarde dat er niets werd bijgeschreven (loutere aanduidingen met fluo en/of onderstrepingen zijn wél toegelaten).
  • De bijlagen uit de cursus 'Praktisch sociaal recht' (meest recente versie!) mogen worden geraadpleegd op voorwaarde dat er niets werd bijgeschreven (loutere aanduidingen met fluo en/of onderstrepingen zijn wél toegelaten).
  • Een wetboek (naar keuze) op voorwaarde dat er niets werd bijgeschreven (loutere aanduidingen met fluo en/of onderstrepingen zijn wél toegelaten).  Het is evenwel uitsluitend de verantwoordelijkheid van de student te beschikken over een up-to-date wetboek.