ECTS-database Plantijn Hogeschool
  
 

2 Bedrijfsmanagement - 2RP - Onderdelen - Bedrijfscommunicatie/8
  

O.O. heeft componenten: Neen
Afstudeerrichting: -:-
Code: 2JM32
Academiejaar: 2007-2008
Type: kern
Niveau: uitdiepend
Programmajaar: 2
Periode binnen het modeltraject: M:8
Aantal studiepunten: 3
Wegingscoëfficient: 3
Totaal aantal contacturen: 30
Totaal studietijd: 78
Deeltijds programma:
Examencontract: mogelijk
Deliberatie: mogelijk
Vrijstelling of overdracht: mogelijk
Onderwijstaal: Nederlands
Lector(en): De Lange Pascale


 

KORTE OMSCHRIJVING
In deze laatste module van Bedrijfscommunicatie behandelen we de laatste briefsoort, de persuasieve brieven. Daarnaast ligt de focus op mondeling, zakelijk taalgebruik. We zien diverse vormen van een tweegesprek en we sluiten het jaar af met een functioneringsgesprek zoals dat in het echte bedrijfsleven gebeurt.

COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
 Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

Algemene competenties

  • JM104 Creativiteit
  • JM105 Kunnen uitvoeren van eenvoudige leidinggevende taken
  • JM106 Het vermogen van communiceren van informatie, ideeën, problemen en oplossingen, zowel aan specialisten als aan leken
Algemene beroepsgerichte competenties
  • JM208 Teamgericht kunnen werken
  • JM209 Oplossingsgericht kunnen werken in de zin van het zelfstandig kunnen definiëren en analyseren van complexe probleemsituaties in de beroepspraktijk en het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingsstrategieën.
  • JM210 Het besef van maatschappelijke verantwoordelijkheid samenhangend met de beroepspraktijk
Beroepsspecifieke competenties
  • JM321 Kritische ingesteldheid: hij kan de feiten objectief weergeven, heeft relativeringsvermogen, hij controleert de argumenten van de tegenpartij steeds op hun juistheid en tracht ze te ontzenuwen
  • JM329 Resultaatgerichtheid: hij is altijd gericht op de oplossing van problemen of het vermijden van conflicten, hij maakt de juiste afweging tussen de opportuniteit van een proces of een compromis.
  • JM330 Zin voor initiatief: hij wacht niet op instructies, hij zoekt ook naar de niet-evidente weg.
  • JM332 Assertiviteit: hij kan een gemotiveerd standpunt verdedigen ?ook tegen superieuren-. Hij durft uit te komen voor zijn eigen mening.
  • JM333 Empathie: hij kan zich verplaatsen in de gevoelswereld/leefwereld van de klant waardoor hij een beter inzicht krijgt in de problematiek en de mogelijke oplossing ervan, hij kan de relevante vragen stellen aan de klant
  • JM334 Loyaliteit: hij is zich bewust van het vertrouwelijk karakter van de informatie waarover hij beschikt, hij respecteert en waardeert zijn medewerkers, hij geeft alleen opbouwende kritiek aan zijn medewerkers, hij gaat constructief om met zijn opposanten
  • JM335 Zin voor samenwerking: hij kan in teamverband activiteiten plannen en evalueren, hij kan een probleemoplossend gesprek voeren, hij pleegt overleg met vakgenoten uit andere disciplines, hij is zich bewust van zijn relatie met de omgeving: hij onderkent de normen, waarden en posities binnen zijn beroepsgroep.

SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
  • De student kan een effectieve en correcte persuasieve brief schrijven.
  • De student kan verschillende soorten bedrijfsteksten onderscheiden en toetsen op hun effectiviteit.
  • De student streeft naar perfectie in zijn mondelinge en schriftelijke communicatie. 
  • De student optimaliseert zijn schrijfstijl door ambtelijk taalgebruik te vermijden (vaktermen, vreemde woorden, ingewikkelde en lange zinnen).
  • De student kan een efficiënt en effectief tweegesprek in bedrijfscontext voeren.
  • De student kan een beleefde en correcte e-mail versturen naar een klant of overste.
  • De student komt overtuigend, beleefd en correct over in een functioneringsgesprek. 

 


VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
Bedrijfscommunicatie eerste jaar met succes doorlopen (mod. 3 & 4).
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
Bedrijfscommunicatie eerste jaar met succes doorlopen (mod. 3 & 4).
Andere begincompetenties
geen
LEERINHOUDEN
  • Persuasieve brieven
  • E-mailcommunicatie
  • Tweegesprekken: vormen en praktijkoefeningen
  • Functioneringsgesprek: theorie en oefeningen 
  • Taalzuivering en stijl: praktische oefeningen
  • Woordenschat: computer & internet

STUDIEMATERIAAL
  • Cursus Bedrijfscommunicatie module 8 (theorie, oefeningen, opdrachten,...)
  • Rechtstaalbeheersing - Oefeningen en teksten, Gerits J., Leuven, Acco, 1999. (oefeningen correct taalgebruik en stijl)
  • Schrijfwijzer Compact, Renkema J., Sdu Uitgevers, Den Haag, 2005 (nieuwe spelling).
  • BIN-normen. Efficiënte communicatie. Brussel, VVKSO, 2002 (brochure).
  • Blackboard (uitwerkingen van sommige oefeningen).

WERKVORMEN
Soort werkvorm uren  

%

hoor- en werkcolleges:

15

 lesuren

  16,13

practicum en oefeningen:

8

 lesuren

  08,60

vormen van groepsleren:

5

 lesuren

  05,38

studietijd buiten contacturen:

63

 klokuren

  67,74

Verdere toelichting:
  • Van de studenten wordt een actieve deelname aan de lessen verwacht.
  • Tijdens de groepsopdrachten en oefeningensessies worden de studenten gecoacht.
  • Er is persoonlijke feedback op spreek- en schrijfoefeningen.

EVALUATIE

Eerste examenperiode
  • Tweegesprek (3 ptn.)
    Criteria:
    1. inhoud en structuur
    2. strategisch, aantrekkelijk en correct taalgebruik
    3. effectiviteit en aanpak
  • Functioneringsgesprek (3 ptn.)
    Criteria:
    1. effectiviteit
    2. taalgebruik
    3. omgangsvormen en stijl
  • Schriftelijk examen (14 ptn.)
    Inzichts- en toepassingsvragen via open vragen en een casus
    Criteria:
    1. (geïntegreerde) kennis
    2. efficiënt en correct taalgebruik
    3. effectief taalgebruik: vooral op strategisch niveau

tijd voor examinering
uren
2

%
 
 02,15

Tweede examenperiode

Schriftelijk examen: 14 punten

Mondeling examen: 6 punten

Criteria en onderdelen zijn dezelfde als in eerste zittijd.

Spreekopdracht(en) waarvoor de student in eerste zittijd slaagde, moeten niet overgedaan worden. In dat geval worden de punten van eerste zittijd overgenomen voor die ene of beide opdracht(en).