3 Elektromechanica - 3KLM - Onderdelen - Bedrijfsmanagement    O.O. heeft componenten: Ja O.O. bestaat uit componenten Socio-economische vorming Bedrijfsmanagement Afstudeerrichting: -:- Code: 00374 Academiejaar: 2007-2008 Programmajaar: 3 Periode binnen het modeltraject: M: Aantal studiepunten: 6 Wegingscoëfficient: 6 Totaal aantal contacturen: 69 Totaal studietijd: 156 Examencontract: mogelijk Deliberatie: mogelijk Vrijstelling of overdracht: mogelijk Lector(en): Bekx Frank Talboom Sven   COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN  Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen) Algemene competenties EM101 De student kan nauwgezet, op een zelfstandige wijze, strategisch/efficiênt denken en verantwoord handelen in een multidisciplinaire omgeving van de beroepscontext. EM102 De student kan geordend, kernachtig en gesynthetiseerd een verslag opstellen, toelichten en/of een opvolgingsdossier beheren. De student kan beroepsspecifieke informatie opzoeken en verwerken. EM106 De student is in staat tot het uitvoeren van eenvoudige leidinggevende- en managementtaken. EM108 De student is in staat om, vanuit een basishouding van leven(s)lang leren, zelfstandig een leerdoel en leerstrategie te bepalen, uit te voeren en het resultaat terug te koppelen naar het leerdoel. Algemene beroepsgerichte competenties EM209 De student kan zich vlot in een groep/team integreren zodat hij/zij snel en efficiënt kan deelnemen aan de taken. EM212 De student kan bij beroepsmatige en ethische dilemma's (bv. de verhoging van de productiviteit door minder veilig te werken) een afweging maken op basis van gedegen maatschappelijk geaccepteerde normen en waarden, en een besluit nemen. EM215 De student kan onder tijdsdruk en bij onvoorziene omstandigheden effectief blijven functioneren. Beroepsspecifieke competenties EM330 De student is in staat om, op basis van machinehistoriek of contructeursgegevens, preventieve onderhoudsplannen op te stellen, uit te voeren en bij te sturen. SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN Zie fiche bedrijfsmanagement Zie fiche socio-economische vorming VEREISTE BEGINCOMPETENTIES Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn Geen Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn Alle opleidingsonderdelen in het 2de jaar gevolgd hebben. Andere begincompetenties Geen

 

3 Elektromechanica - 3KLM - Onderdelen - Bedrijfsmanagement    Component behoort tot O.O.: Bedrijfsmanagement Afstudeerrichting: -:- Code: 00375 Academiejaar: 2007-2008 Type: kernondersteunend Niveau: uitdiepend Programmajaar: 3 Periode binnen het modeltraject: M:7 Aantal studiepunten: nvt Wegingscoëfficient: 43 Totaal aantal contacturen: 30 Totaal studietijd: 67,08 Deeltijds programma: Vrijstelling of overdracht: mogelijk Onderwijstaal: Nederlands Lector(en): Bekx Frank   KORTE OMSCHRIJVING Wanneer je eind dit academiejaar als jong en ambitievol afgestudeerde in de industrie terechtkomt, wordt je overrompeld met veel zaken die tegelijk op je af komen. Om als hogergeschoold technieker deze snel evoluerende omgeving toch op zeer korte termijn te begrijpen, stelt de cursus zich tot doel uw inzicht in de bedrijf- en maatschappijstructuur te verruimen, zodat je kritisch leert luisteren naar uw omgeving, en vooruit denkt over de maatschappij en bedrijfsstructuur waarin je terecht zal komen.  Door samen met mij interactief deze cursus bedrijfsmanagement te bestuderen verruim je jouw inzicht met betrekking tot: Organisatiestructuren en -culturen Arbeidsvormen en -structuren Bedrijfsmanagement en -productie Beroepsmatige en -ethische dilemma's Mindmapping en planning Omgevingsfactoren Presentatie en rapportering Deze cursus Bedrijfsmanagement is dus een onmisbare hoeksteen voor je job als technieker, omdat hij er ontegensprekelijk voor zal zorgen, dat u zich enerzijds qua maatschappelijke verantwoordelijkheid sneller integreert en dat u anderzijds sneller oriënteert in uw eerste job! COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN  Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen) Algemene competenties EM101 De student kan nauwgezet, op een zelfstandige wijze, strategisch/efficiênt denken en verantwoord handelen in een multidisciplinaire omgeving van de beroepscontext. EM102 De student kan geordend, kernachtig en gesynthetiseerd een verslag opstellen, toelichten en/of een opvolgingsdossier beheren. De student kan beroepsspecifieke informatie opzoeken en verwerken. EM106 De student is in staat tot het uitvoeren van eenvoudige leidinggevende- en managementtaken. EM108 De student is in staat om, vanuit een basishouding van leven(s)lang leren, zelfstandig een leerdoel en leerstrategie te bepalen, uit te voeren en het resultaat terug te koppelen naar het leerdoel. Algemene beroepsgerichte competenties EM209 De student kan zich vlot in een groep/team integreren zodat hij/zij snel en efficiënt kan deelnemen aan de taken. EM212 De student kan bij beroepsmatige en ethische dilemma's (bv. de verhoging van de productiviteit door minder veilig te werken) een afweging maken op basis van gedegen maatschappelijk geaccepteerde normen en waarden, en een besluit nemen. EM215 De student kan onder tijdsdruk en bij onvoorziene omstandigheden effectief blijven functioneren. Beroepsspecifieke competenties EM330 De student is in staat om, op basis van machinehistoriek of contructeursgegevens, preventieve onderhoudsplannen op te stellen, uit te voeren en bij te sturen. SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN De student verwerft inzicht in en kan zich met kennis een mening vormen over organisatiestructuren & -culturen De student begrijpt de organisatie van de arbeidsmarkt, en kan arbeidsvormen en -structuren onderscheiden De student begrijpt de bouwstenen noodzakelijk voor modern en goed bedrijfsmanagement De student kent verschillende soorten productievormen en de daarop mogelijk toepasbare optimalisatievormen De student kan de basistools van MS-Project gebruiken en toepassen op projectwerk De student kan zich een helder beeld vormen van alle omgevingsomstandigheden die de bedrijfswereld kunnen beïnvloeden VEREISTE BEGINCOMPETENTIES Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn Geen Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn Alle opleidingsonderdelen in het 2de jaar gevolgd hebben Andere begincompetenties Geen LEERINHOUDEN Student kan qua projectvoorbereiding mindmap ontwikkelen en converteren naar MS-Project Student kan projectplanning opmaken in MS-Project en daaraan alle nodige resources koppelen inclusief hun prijzen en zo komen tot een projecttotaalprijs. Hij/zij kan ook projectmijlpalen in planning opnemen… Student kan het effect van globalisering op bedrijfsmanagement situeren Student begrijpt de verschillende leiderschapsstijlen en leerstijlen Student kent het verschil tussen beroepsethiek en bedrijfsethiek Student begrijpt de arbeidsmarkt en kan daarin het onderscheid maken tussen arbeidsdeling en -verdeling Student kan verband tussen Europese overlegstructuur en plaatselijk bedrijf en vakbonden situeren, Student kent motiveringstechnieken Student kent de verschillende productievormen en productie optimalisatie vormen, en daarbij horende planningsvormen (oa. ook MS-Project) Student kan op heldere wijze het verband situeren tussen productie en onderhoud, Student kan op heldere wijze alle omgevingsfactoren van het bedrijf in kaart brengen en bespreken Student begrijpt het belang van assertief en correct rapporteren STUDIEMATERIAAL Cursus Bedrijfsmanagement, departement elektromechanica, Frank Bekx WERKVORMEN Soort werkvorm uren   % hoor- en werkcolleges: 27  lesuren   40,25 practicum en oefeningen: 0  lesuren   00,00 vormen van groepsleren: 0  lesuren   00,00 studietijd buiten contacturen: 37.08  klokuren   55,28 Verdere toelichting: Hoorcollege, voorbeelden en oefeningen LCD-projector en schrijfbord met stiften E-campus pc-netwerkomgeving waarop MindManagerPro ENG kan worden gebruikt, om mindmap op te maken, die rechtstreeks kunnen worden geconverteerd naar MS-Project E-campus pc-netwerkomgeving waarop MS-Project 2003 NL kan worden gebruikt, om Gant-planningen te leren maken BlackBoard netwerkomgeving waarop na elke les mogelijke examenvragen uit die les worden geplaatst EVALUATIE Eerste examenperiode 100%  punten op theoretisch schriftelijk examen tijd voor examinering uren 3 %    04,47 Tweede examenperiode 100%  punten op theoretisch schriftelijk examen Tijd voor examinering in tweede examenpiode: 2 uur

 

3 Elektromechanica - 3KLM - Onderdelen - Socio-economische vorming    Component behoort tot O.O.: Bedrijfsmanagement Afstudeerrichting: -:- Code: 00376 Academiejaar: 2007-2008 Type: kern Niveau: inleidend Programmajaar: 3 Periode binnen het modeltraject: M:9 Aantal studiepunten: nvt Wegingscoëfficient: 57 Totaal aantal contacturen: 39 Totaal studietijd: 88,92 Deeltijds programma: Vrijstelling of overdracht: mogelijk Onderwijstaal: Nederlands Lector(en): Talboom Sven   KORTE OMSCHRIJVING Op wat moet er zeker worden gelet bij het afsluiten van een arbeidovereenkomst?  Wat zijn extra-legale voordelen?  Heb ik als afgestuurde student recht op vakantie?  Hoe ziet de balans van een onderneming eruit?  En wat houden de ISO-normen precies in? Dit zijn slechts enkele vragen die zullen worden beantwoord in de les socio-economische vorming, een kennismaking met sociaal recht, sociaal zekerheidsrecht, economie, bedrijfseconomie en kwaliteitsmanagement. COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN  Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen) Algemene competenties Algemene beroepsgerichte competenties EM212 De student kan bij beroepsmatige en ethische dilemma's (bv. de verhoging van de productiviteit door minder veilig te werken) een afweging maken op basis van gedegen maatschappelijk geaccepteerde normen en waarden, en een besluit nemen. Beroepsspecifieke competenties SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN De student raakt vertrouwd met de basisprincipes van economie en bedrijfseconomie, sociale wetgeving, sociale zekerheid en kwaliteitsmanagement. De student kan zijn professioneel functioneren plaatsen in een breed, sociaal, maatschappelijk economisch kader.   Hij kent de basisprincipes van sociaal recht, sociaal zekerheidsrecht, kwaliteitsmanagement, economie en bedrijfseconomie. De student beseft het belang van kwalitatief goed werk te leveren en kent de implicaties van sociaal-maatschappelijk gedrag. Na deze module te hebben gevolgd, is de student in staat om de  sociaal-economische, maatschappelijke en kwaliteitsgerichte discussies te begrijpen, eraan deel te nemen en de opgedane kennis te transfereren naar de eigen werkomgeving. VEREISTE BEGINCOMPETENTIES Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn Geen Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn Alle opleidingsonderdelen in het tweede jaar bachelor elektromechanica gevolgd hebben. Andere begincompetenties Geen LEERINHOUDEN Economie: micro-economie (consumentengedrag en producentengedrag: vraag en aanbod, marktevenwicht en marktvormen) ; macro-economie (rol van de overheid, werkgelegenheid, monetair evenwicht, buitenlandse handel) Bedrijfseconomie: begrippen van dubbel boekhouden (balans, balansrekeningen, resultatenrekening, grootboek en journaal) ; handelstransacties en de factuur ; de BTW ; analyse van de financiële toestand van een onderneming Sociale wetgeving: collectief arbeidsrecht (collectieve overlegorganen, CAO, bescherming van gezondheid en veiligheid van werknemers) en individueel arbeidrecht (essentiële bestanddelen van een arbeidsovereenkomst, soorten arbeidsovereenkomst, verplichtingen van werkgever en werknemer, proefbeding, schorsing van de uitvoering van een arbeidsovereenkomst, einde van de arbeidsovereenkomst, arbeidsreglementering, sluiting van ondernemingen, studentenovereenkomst, aansprakelijkheid van de werkgever) Sociale zekerheid: historiek, kenmerken, werking, voor- en nadelen, de RSZ, berekening van RSZ-bijdragen, arbeidsvoorziening, werkloosheidsreglementering, ziekteverzekering, pensioenen Kwaliteitsmanagement: begrip, kwaliteitskringen, IKZ, kwaliteitstechnieken en kwaliteitsmodellen STUDIEMATERIAAL Cursus socio-economische vorming, departement elektromechanica, Sven Talboom (cursus beschikbaar einde module 8) . Slides. Addenda die op Blackboard worden geplaatst. WERKVORMEN Soort werkvorm uren   % hoor- en werkcolleges: 36  lesuren   40,49 practicum en oefeningen: 0  lesuren   00,00 vormen van groepsleren: 0  lesuren   00,00 studietijd buiten contacturen: 49.92  klokuren   56,14 Verdere toelichting: Hoorcollege met oefeningen. EVALUATIE Eerste examenperiode Schriftelijk examen: gedeeltelijk open vragen, gedeeltelijk multiple-choice vragen. tijd voor examinering uren 3 %    03,37 Tweede examenperiode Schriftelijk examen: gedeeltelijk open vragen, gedeeltelijk multiple-choice vragen.

 

3 Elektromechanica - 3KLM - Onderdelen - Energiewisselaars    O.O. heeft componenten: Neen Afstudeerrichting: -:- Code: 3KM54 Academiejaar: 2007-2008 Type: kern Niveau: gespecialiseerd Programmajaar: 3 Periode binnen het modeltraject: M:7 Aantal studiepunten: 3 Wegingscoëfficient: 3 Totaal aantal contacturen: 39 Totaal studietijd: 78 Deeltijds programma: Examencontract: mogelijk Deliberatie: mogelijk Vrijstelling of overdracht: mogelijk Onderwijstaal: Nederlands Lector(en): Bossyns Walter Pauwels Bert   KORTE OMSCHRIJVING In deze les leren we hoe je nu een complexe koellast voor een gebouw in de zomer berekent. Hoe bereken je de luchtnetten? En hoe verspreid je die lucht in het lokaal? We gaan practisch aan de slag met de meest actuele normen en katalogi. COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN  Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen) Algemene competenties Algemene beroepsgerichte competenties Beroepsspecifieke competenties EM319 De student is in staat om wijzigingen aan HVAC- en koelinstallaties uit te voeren. EM336 De student is in staat om energiewinsten en -verliezen te bepalen a.d.h.v. bouwfysische gegevens, lastenboeken en normen. EM337 De student is in staat om de meest voorkomende HVAC- en koelinstallaties te dimensioneren, te selecteren en de bijhorende installatieschema's op te stellen en te verwerken tot een technisch dossier. SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN De student kent de verschillende soorten warmtebelastingen en kan bepalen a.h.v. ontwerpcondities. De student kan de onderdelen kunnen berekenen en selecteren De student kan zelfstandig een klimaatinstallatie berekenen. De student kan een verantwoorde keuze maken tussen de verschillende systemen. VEREISTE BEGINCOMPETENTIES Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn Klimatisatie 2KLM Koeltechnieken 2KLM Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn Geen Andere begincompetenties Geen LEERINHOUDEN Koellastberekeningen. Dimensioneren van luchtkanalen. Selecteren van inblaas- en uitblaasroosters qua type en grootte. STUDIEMATERIAAL Cursus met 3 onderdelen : koellastberekening, berekenen van netten en berekenen van eindeenheden (roosters en uitblaasmonden), departement elektromechanica. WERKVORMEN Soort werkvorm uren   % hoor- en werkcolleges: 36  lesuren   46,15 practicum en oefeningen: 0  lesuren   00,00 vormen van groepsleren: 0  lesuren   00,00 studietijd buiten contacturen: 39  klokuren   50,00 Verdere toelichting: Hoor- en werkcolleges. EVALUATIE Eerste examenperiode Schriftelijk open boek examen tijd voor examinering uren 3 %    03,85 Tweede examenperiode Schriftelijk open boek examen

 

3 Elektromechanica - 3KLM - Onderdelen - Koeltechnieken    O.O. heeft componenten: Neen Afstudeerrichting: -:- Code: 3KM55 Academiejaar: 2007-2008 Type: kern Niveau: gespecialiseerd Programmajaar: 3 Periode binnen het modeltraject: M:7 Aantal studiepunten: 3 Wegingscoëfficient: 3 Totaal aantal contacturen: 30 Totaal studietijd: 78 Deeltijds programma: Examencontract: mogelijk Deliberatie: mogelijk Vrijstelling of overdracht: mogelijk Onderwijstaal: Nederlands Lector(en): Bekx Frank   KORTE OMSCHRIJVING Nu je de werking van koelinstallaties zowel theoretisch hebt begrepen, als praktisch hebt gecontroleerd, wordt het tijd dat je in functie van warmtelastberekeningen, meteen ook de nodige koelcapaciteit, hoofd- en nevencomponenten van een eentraps- en een tweetrapskoelkring leert selecteren. Om te kunnen voldoen aan globaal milieubewustzijn, Europese richtlijnen en nationale wetgeving wordt uw aandacht als toekomstig ontwerper van koelinstallaties gefocust op het ontwerp van energievriendelijke koelinstallaties en warmtepompen. Deze uitdieping van je optievak is meteen een goede aanloop naar je stage- en eindwerkperiode. COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN  Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen) Algemene competenties EM104 De student kan in een multidisciplinaire groep en vanuit zijn specifieke optie-(afstudeer)achtergrond een bijdrage leveren aan de totstandkoming van het gewenste resultaat. / De student kan multidisciplinaire opdrachten projectmatig aanpakken. EM105 De student kan, op basis van een goed omschreven probleem/project en door toepassing van multidisciplinaire kennis, komen tot innoverende concepten en/of oplossingen (durven innoveren is en begint dikwijls bij het kritisch afvragen van). EM107 De student kan, op basis van zijn multidisciplinaire en afstudeerspecifieke kennis, communicatie met opdrachtgevers/klanten/ontwikkelaars/productiemedewerkers ontwikkelen en onderhouden. Algemene beroepsgerichte competenties EM210 De student kan via analyse van relevante fysische gegevens, tot oplossingen komen. EM211 De student kan, vanuit technische, economische en functionele specificaties, oplossingen voorstellen en kan hierbij een gefundeerde keuze maken uit alternatieven. Beroepsspecifieke competenties EM316 De student kan via het verzamelen van (meet)gegevens en fysische waarnemingen het oorzakelijk verband van de fout vaststellen. EM319 De student is in staat om wijzigingen aan HVAC- en koelinstallaties uit te voeren. EM323 De student is in staat om HVAC- en koelsystemen volgens bedrijfstechnische specificaties op te stellen. EM336 De student is in staat om energiewinsten en -verliezen te bepalen a.d.h.v. bouwfysische gegevens, lastenboeken en normen. EM337 De student is in staat om de meest voorkomende HVAC- en koelinstallaties te dimensioneren, te selecteren en de bijhorende installatieschema's op te stellen en te verwerken tot een technisch dossier. EM345 De student is in staat om plans en schema's te lezen en te begrijpen. SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN In staat zijn op structurele wijze koellastberekening te maken. In staat zijn tegenover specifieke koeltoepassing het meest energetisch vriendelijke, veiligste toe te passen koudemiddel te selecteren (ook rekening houdend met milieunormen). In staat zijn om voor specifieke koelkring alle hoofd- en nevencomponenten te selecteren. In staat zijn de nodige hydraulische schema’s op te stellen voor droge expansie- én pompcirculatiekoelkring, leidingen berekenen en selecteren in functie van klant- en studiebureeleisen, ontwerpnormen, goede olieretour én beperkte verliezen. In staat zijn log ph diagramma en elektrische schema’s op te stellen voor dito koelkringen. Retrofitstappen kennen om oude koelinstallatie aan te passen naar huidige koudemiddelwetgeving. In staat zijn tot storingsanalytisch denken over koelinstallaties om zo problemen te voorkomen en op te lossen. VEREISTE BEGINCOMPETENTIES Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn Geslaagd zijn in het programmajaar van 2KLM, departement elektromechanica of credits verworven voor de opleidingsonderdelen Toegepaste fysica deel 1, Bouwfysica, Toegepaste mechanica, Elektriciteit, Koeltechnieken 2KLM, Elektrische machines en Technologie, departement elektromechanica. Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn Geen. Andere begincompetenties Geen. LEERINHOUDEN Praktisch en structureel ontwerp / berekeningen voor koelinstallaties met droge expansie en pompcirculatiesystemen in functie van klant- en studiebureeleisen én ontwerpnormen. Selectie van meest energetisch vriendelijke, veiligste koudemiddel conform geldende (milieu)normen voor specifieke koeltoepassing. Selectie van alle hoofd- en nevencomponenten voor specifieke koelkring. Opstellen hydraulische schema's opstellen, leidingen berekenen en selecteren in functie van goede olieretour én beperkte verliezen zowel voor droge expansie- als pompcirculatiekoelkringen. Opstellen elektrische schema's voor dito koelkringen. Retrofit-stappen om oude koelinstallatie in orde te brengen volgens huidige koudemiddelwetgeving. Storingsanalyse op koelinstallaties. Werkingsprincipe en mogelijkheden van adsorptiekoeling. Praktisch ontwerp en berekeningen van koelinstallaties met droge expansie en pompcirculatiesystemen in functie van klant- en studiebureeleisen én ontwerpnormen. STUDIEMATERIAAL Cursus: ‘Koeltechniek’, departement elektromechanica, F. Bekx. Leervraaggesprekken in groepsverband. LCD– en overheadprojectie. Bordschema’s bij systeemanalyse en –bespreking. WERKVORMEN Soort werkvorm uren   % hoor- en werkcolleges: 27  lesuren   34,62 practicum en oefeningen: 0  lesuren   00,00 vormen van groepsleren: 0  lesuren   00,00 studietijd buiten contacturen: 48  klokuren   61,54 Verdere toelichting: Hoorcolleges. Klassikaal besproken schema's en oefeningen/oplossing huistaken. Blackboard netwerkomgeving waarop na elke les mogelijke examenvragen uit die les worden geplaatst. EVALUATIE Eerste examenperiode 100% van de punten: Schriftelijk examen einde lesblok. tijd voor examinering uren 3 %    03,85 Tweede examenperiode 100% van de punten: Schriftelijk examen. Tijd voor examinering: 3 uur.

 

3 Elektromechanica - 3KLM - Onderdelen - Multiprojecten KLM    O.O. heeft componenten: Ja O.O. bestaat uit componenten Labo klimatisatie Labo automatisatie Afstudeerrichting: -:- Code: 00377 Academiejaar: 2007-2008 Programmajaar: 3 Periode binnen het modeltraject: M: Aantal studiepunten: 6 Wegingscoëfficient: 6 Totaal aantal contacturen: 67 Totaal studietijd: 156 Examencontract: niet mogelijk Deliberatie: mogelijk Vrijstelling of overdracht: mogelijk Lector(en): Bekx Frank Bossyns Walter Casteels Jan Duflou Berthe Duschek Cois Lemmens Marc Pauwels Bert   COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN  Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen) Algemene competenties EM101 De student kan nauwgezet, op een zelfstandige wijze, strategisch/efficiênt denken en verantwoord handelen in een multidisciplinaire omgeving van de beroepscontext. EM102 De student kan geordend, kernachtig en gesynthetiseerd een verslag opstellen, toelichten en/of een opvolgingsdossier beheren. De student kan beroepsspecifieke informatie opzoeken en verwerken. EM103 Doelgericht leren (evalueren) van je eigen handelingen (er positieve en negatieve kanten in identificeren) en gericht werken aan verbeteringen ( leerpunten formuleren). EM104 De student kan in een multidisciplinaire groep en vanuit zijn specifieke optie-(afstudeer)achtergrond een bijdrage leveren aan de totstandkoming van het gewenste resultaat. / De student kan multidisciplinaire opdrachten projectmatig aanpakken. EM105 De student kan, op basis van een goed omschreven probleem/project en door toepassing van multidisciplinaire kennis, komen tot innoverende concepten en/of oplossingen (durven innoveren is en begint dikwijls bij het kritisch afvragen van). EM106 De student is in staat tot het uitvoeren van eenvoudige leidinggevende- en managementtaken. EM107 De student kan, op basis van zijn multidisciplinaire en afstudeerspecifieke kennis, communicatie met opdrachtgevers/klanten/ontwikkelaars/productiemedewerkers ontwikkelen en onderhouden. EM108 De student is in staat om, vanuit een basishouding van leven(s)lang leren, zelfstandig een leerdoel en leerstrategie te bepalen, uit te voeren en het resultaat terug te koppelen naar het leerdoel. Algemene beroepsgerichte competenties EM209 De student kan zich vlot in een groep/team integreren zodat hij/zij snel en efficiënt kan deelnemen aan de taken. EM210 De student kan via analyse van relevante fysische gegevens, tot oplossingen komen. EM211 De student kan, vanuit technische, economische en functionele specificaties, oplossingen voorstellen en kan hierbij een gefundeerde keuze maken uit alternatieven. EM212 De student kan bij beroepsmatige en ethische dilemma's (bv. de verhoging van de productiviteit door minder veilig te werken) een afweging maken op basis van gedegen maatschappelijk geaccepteerde normen en waarden, en een besluit nemen. EM213 De student kan in snel veranderende werkomstandigheden en op basis van zijn/haar doorzettingsvermogen, prestatiegericht werken. EM214 De student is in staat om uitvoerende taken nauwgezet en volgens de regels van de kunst (of goed vakmanschap) uit te voeren. / De student is in staat om risico's te herkennen en in te schatten. EM215 De student kan onder tijdsdruk en bij onvoorziene omstandigheden effectief blijven functioneren. Beroepsspecifieke competenties EM316 De student kan via het verzamelen van (meet)gegevens en fysische waarnemingen het oorzakelijk verband van de fout vaststellen. EM319 De student is in staat om wijzigingen aan HVAC- en koelinstallaties uit te voeren. EM322 De student kan de basiscontroles in het kader van het opstarten van de HVAC- en koelinstallatie conform aan de opleveringsvoorwaarden uit te voeren. EM323 De student is in staat om HVAC- en koelsystemen volgens bedrijfstechnische specificaties op te stellen. EM328 De student is in staat om periodiek- en storingsonderhoud uit te voeren op HVAC en koelinstallaties. EM330 De student is in staat om, op basis van machinehistoriek of contructeursgegevens, preventieve onderhoudsplannen op te stellen, uit te voeren en bij te sturen. EM335 de student is in staat om de HVAC- en koeltechnische systemen in te regelen in het kader van het lastenboek en/of de gebruikersbehoefte EM336 De student is in staat om energiewinsten en -verliezen te bepalen a.d.h.v. bouwfysische gegevens, lastenboeken en normen. EM337 De student is in staat om de meest voorkomende HVAC- en koelinstallaties te dimensioneren, te selecteren en de bijhorende installatieschema's op te stellen en te verwerken tot een technisch dossier. EM340 De student is in staat om specifieke metingen (excl. brandermetingen) uit te voeren en de meetresultaten ervan te interpreteren. EM342 De student is in staat om door gebruik te maken van de huidige stand van de techniek een veelvoud aan data en parameters te verzamelen, te visualiseren, te bewaken en te bewaren, met de bedoeling ze bruikbaar te maken voor de proceseigenaars/procestechnologen. EM345 De student is in staat om plans en schema's te lezen en te begrijpen. SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN Student is in staat om als een beginnend beroepsbeoefenaar, binnen een gegeven beroepscontext en met de beschikbare middelen, een maatschappelijk verantwoorde technische oplossing te formuleren, uit te werken en in dienst te nemen. Student kan zijn kennis en vaardigheden uit verschillende domeinen integreren en toepassen op het juiste moment en in een gegeven context. Student is in staat om zelf leerdoelen te formuleren Student is in staat om relevante literatuur op te zoeken, te verwerken en toe te passen. Student bezit de nodige sociale vaardigheden om in teamverband te werken aan een gemeenschapelijk project Student is in staat om te reflecteren over de behaalde resultaten en verbeterdoelen te formuleren VEREISTE BEGINCOMPETENTIES Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn Minimum 100 studiepunten verworven hebben in de eerste twee programmajaren binnen dezelfde afstudeerrichting van het departement Elektromechanica. Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn Geen Andere begincompetenties Geen

 

3 Elektromechanica - 3KLM - Onderdelen - Labo klimatisatie    Component behoort tot O.O.: Multiprojecten KLM Afstudeerrichting: -:- Code: 00378 Academiejaar: 2007-2008 Type: kernondersteunend Niveau: gespecialiseerd Programmajaar: 3 Periode binnen het modeltraject: M:7 Aantal studiepunten: nvt Wegingscoëfficient: 57 Totaal aantal contacturen: 38 Totaal studietijd: 88,92 Deeltijds programma: Vrijstelling of overdracht: mogelijk Onderwijstaal: Nederlands Lector(en): Bekx Frank Bossyns Walter Pauwels Bert   KORTE OMSCHRIJVING De opleidingsonderdelen labo klimatisatie en labo automatisatie zijn verweven in de twee in-house projecten en het project dat door de industrie wordt aangeleverd. COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN  Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen) Algemene competenties EM101 De student kan nauwgezet, op een zelfstandige wijze, strategisch/efficiênt denken en verantwoord handelen in een multidisciplinaire omgeving van de beroepscontext. EM102 De student kan geordend, kernachtig en gesynthetiseerd een verslag opstellen, toelichten en/of een opvolgingsdossier beheren. De student kan beroepsspecifieke informatie opzoeken en verwerken. EM103 Doelgericht leren (evalueren) van je eigen handelingen (er positieve en negatieve kanten in identificeren) en gericht werken aan verbeteringen ( leerpunten formuleren). EM104 De student kan in een multidisciplinaire groep en vanuit zijn specifieke optie-(afstudeer)achtergrond een bijdrage leveren aan de totstandkoming van het gewenste resultaat. / De student kan multidisciplinaire opdrachten projectmatig aanpakken. EM105 De student kan, op basis van een goed omschreven probleem/project en door toepassing van multidisciplinaire kennis, komen tot innoverende concepten en/of oplossingen (durven innoveren is en begint dikwijls bij het kritisch afvragen van). EM106 De student is in staat tot het uitvoeren van eenvoudige leidinggevende- en managementtaken. EM107 De student kan, op basis van zijn multidisciplinaire en afstudeerspecifieke kennis, communicatie met opdrachtgevers/klanten/ontwikkelaars/productiemedewerkers ontwikkelen en onderhouden. EM108 De student is in staat om, vanuit een basishouding van leven(s)lang leren, zelfstandig een leerdoel en leerstrategie te bepalen, uit te voeren en het resultaat terug te koppelen naar het leerdoel. Algemene beroepsgerichte competenties EM209 De student kan zich vlot in een groep/team integreren zodat hij/zij snel en efficiënt kan deelnemen aan de taken. EM210 De student kan via analyse van relevante fysische gegevens, tot oplossingen komen. EM211 De student kan, vanuit technische, economische en functionele specificaties, oplossingen voorstellen en kan hierbij een gefundeerde keuze maken uit alternatieven. EM212 De student kan bij beroepsmatige en ethische dilemma's (bv. de verhoging van de productiviteit door minder veilig te werken) een afweging maken op basis van gedegen maatschappelijk geaccepteerde normen en waarden, en een besluit nemen. EM213 De student kan in snel veranderende werkomstandigheden en op basis van zijn/haar doorzettingsvermogen, prestatiegericht werken. EM214 De student is in staat om uitvoerende taken nauwgezet en volgens de regels van de kunst (of goed vakmanschap) uit te voeren. / De student is in staat om risico's te herkennen en in te schatten. EM215 De student kan onder tijdsdruk en bij onvoorziene omstandigheden effectief blijven functioneren. Beroepsspecifieke competenties EM316 De student kan via het verzamelen van (meet)gegevens en fysische waarnemingen het oorzakelijk verband van de fout vaststellen. EM319 De student is in staat om wijzigingen aan HVAC- en koelinstallaties uit te voeren. EM322 De student kan de basiscontroles in het kader van het opstarten van de HVAC- en koelinstallatie conform aan de opleveringsvoorwaarden uit te voeren. EM323 De student is in staat om HVAC- en koelsystemen volgens bedrijfstechnische specificaties op te stellen. EM328 De student is in staat om periodiek- en storingsonderhoud uit te voeren op HVAC en koelinstallaties. EM330 De student is in staat om, op basis van machinehistoriek of contructeursgegevens, preventieve onderhoudsplannen op te stellen, uit te voeren en bij te sturen. EM335 de student is in staat om de HVAC- en koeltechnische systemen in te regelen in het kader van het lastenboek en/of de gebruikersbehoefte EM336 De student is in staat om energiewinsten en -verliezen te bepalen a.d.h.v. bouwfysische gegevens, lastenboeken en normen. EM337 De student is in staat om de meest voorkomende HVAC- en koelinstallaties te dimensioneren, te selecteren en de bijhorende installatieschema's op te stellen en te verwerken tot een technisch dossier. EM340 De student is in staat om specifieke metingen (excl. brandermetingen) uit te voeren en de meetresultaten ervan te interpreteren. EM342 De student is in staat om door gebruik te maken van de huidige stand van de techniek een veelvoud aan data en parameters te verzamelen, te visualiseren, te bewaken en te bewaren, met de bedoeling ze bruikbaar te maken voor de proceseigenaars/procestechnologen. EM345 De student is in staat om plans en schema's te lezen en te begrijpen. SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN Student is in staat om als een beginnend beroepsbeoefenaar, binnen een gegeven beroepscontext en met de beschikbare middelen, een maatschappelijk verantwoorde technische oplossing te formuleren, uit te werken en in dienst te nemen. Student kan zijn kennis en vaardigheden uit verschillende domeinen integreren en toepassen op het juiste moment en in een gegeven context. Student is in staat om zelf leerdoelen te formuleren Student is in staat om relevante literatuur op te zoeken, te verwerken en toe te passen. Student bezit de nodige sociale vaardigheden om in teamverband te werken aan een gemeenschapelijk project Student is in staat om te reflecteren over de behaalde resultaten en verbeterdoelen te formuleren VEREISTE BEGINCOMPETENTIES Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn Minimum 100 studiepunten verworven hebben in de eerste twee programmajaren binnen dezelfde afstudeerrichting van het departement Elektromechanica Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn Geen Andere begincompetenties Geen LEERINHOUDEN Leerinhouden van de opleidingsonderdelen in het eerste en tweede programmajaar Cursus Bedrijfsmanagement, departement elektromechanica, Dhr. F. Bekx STUDIEMATERIAAL Syllabus Multiprojecten WERKVORMEN Soort werkvorm uren   % hoor- en werkcolleges:  lesuren   00,00 practicum en oefeningen:  lesuren   00,00 vormen van groepsleren: 36  lesuren   40,49 studietijd buiten contacturen: 50.92  klokuren   57,26 Verdere toelichting: EVALUATIE Eerste examenperiode (100 % van de punten) op basis van groepspresentatie, portfolio en peer-assessment . Score van peer-assessment wordt omgezet naar een factor , die als vermenigvuldiger wordt gebruikt van de behaalde cijfers van de portfolio (meer gedetailleerde informatie kan je vinden in de evaluatietabel van de syllabus Multiprojecten en bijhorend addendum) tijd voor examinering uren 2 %    02,25 Tweede examenperiode Geen

 

3 Elektromechanica - 3KLM - Onderdelen - Labo automatisatie    Component behoort tot O.O.: Multiprojecten KLM Afstudeerrichting: -:- Code: 00379 Academiejaar: 2007-2008 Type: kernondersteunend Niveau: gespecialiseerd Programmajaar: 3 Periode binnen het modeltraject: M:7 Aantal studiepunten: nvt Wegingscoëfficient: 43 Totaal aantal contacturen: 29 Totaal studietijd: 67,08 Deeltijds programma: Vrijstelling of overdracht: mogelijk Onderwijstaal: Nederlands Lector(en): Casteels Jan Duschek Cois Lemmens Marc   KORTE OMSCHRIJVING De opleidingsonderdelen labo klimatisatie en labo automatisatie zijn verweven in de twee in-house projecten en het project dat door de industrie wordt aangeleverd. COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN  Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen) Algemene competenties EM101 De student kan nauwgezet, op een zelfstandige wijze, strategisch/efficiênt denken en verantwoord handelen in een multidisciplinaire omgeving van de beroepscontext. EM102 De student kan geordend, kernachtig en gesynthetiseerd een verslag opstellen, toelichten en/of een opvolgingsdossier beheren. De student kan beroepsspecifieke informatie opzoeken en verwerken. EM103 Doelgericht leren (evalueren) van je eigen handelingen (er positieve en negatieve kanten in identificeren) en gericht werken aan verbeteringen ( leerpunten formuleren). EM104 De student kan in een multidisciplinaire groep en vanuit zijn specifieke optie-(afstudeer)achtergrond een bijdrage leveren aan de totstandkoming van het gewenste resultaat. / De student kan multidisciplinaire opdrachten projectmatig aanpakken. EM105 De student kan, op basis van een goed omschreven probleem/project en door toepassing van multidisciplinaire kennis, komen tot innoverende concepten en/of oplossingen (durven innoveren is en begint dikwijls bij het kritisch afvragen van). EM106 De student is in staat tot het uitvoeren van eenvoudige leidinggevende- en managementtaken. EM107 De student kan, op basis van zijn multidisciplinaire en afstudeerspecifieke kennis, communicatie met opdrachtgevers/klanten/ontwikkelaars/productiemedewerkers ontwikkelen en onderhouden. EM108 De student is in staat om, vanuit een basishouding van leven(s)lang leren, zelfstandig een leerdoel en leerstrategie te bepalen, uit te voeren en het resultaat terug te koppelen naar het leerdoel. Algemene beroepsgerichte competenties EM209 De student kan zich vlot in een groep/team integreren zodat hij/zij snel en efficiënt kan deelnemen aan de taken. EM210 De student kan via analyse van relevante fysische gegevens, tot oplossingen komen. EM211 De student kan, vanuit technische, economische en functionele specificaties, oplossingen voorstellen en kan hierbij een gefundeerde keuze maken uit alternatieven. EM212 De student kan bij beroepsmatige en ethische dilemma's (bv. de verhoging van de productiviteit door minder veilig te werken) een afweging maken op basis van gedegen maatschappelijk geaccepteerde normen en waarden, en een besluit nemen. EM213 De student kan in snel veranderende werkomstandigheden en op basis van zijn/haar doorzettingsvermogen, prestatiegericht werken. EM214 De student is in staat om uitvoerende taken nauwgezet en volgens de regels van de kunst (of goed vakmanschap) uit te voeren. / De student is in staat om risico's te herkennen en in te schatten. EM215 De student kan onder tijdsdruk en bij onvoorziene omstandigheden effectief blijven functioneren. Beroepsspecifieke competenties EM316 De student kan via het verzamelen van (meet)gegevens en fysische waarnemingen het oorzakelijk verband van de fout vaststellen. EM319 De student is in staat om wijzigingen aan HVAC- en koelinstallaties uit te voeren. EM322 De student kan de basiscontroles in het kader van het opstarten van de HVAC- en koelinstallatie conform aan de opleveringsvoorwaarden uit te voeren. EM323 De student is in staat om HVAC- en koelsystemen volgens bedrijfstechnische specificaties op te stellen. EM328 De student is in staat om periodiek- en storingsonderhoud uit te voeren op HVAC en koelinstallaties. EM330 De student is in staat om, op basis van machinehistoriek of contructeursgegevens, preventieve onderhoudsplannen op te stellen, uit te voeren en bij te sturen. EM335 de student is in staat om de HVAC- en koeltechnische systemen in te regelen in het kader van het lastenboek en/of de gebruikersbehoefte EM336 De student is in staat om energiewinsten en -verliezen te bepalen a.d.h.v. bouwfysische gegevens, lastenboeken en normen. EM337 De student is in staat om de meest voorkomende HVAC- en koelinstallaties te dimensioneren, te selecteren en de bijhorende installatieschema's op te stellen en te verwerken tot een technisch dossier. EM340 De student is in staat om specifieke metingen (excl. brandermetingen) uit te voeren en de meetresultaten ervan te interpreteren. EM342 De student is in staat om door gebruik te maken van de huidige stand van de techniek een veelvoud aan data en parameters te verzamelen, te visualiseren, te bewaken en te bewaren, met de bedoeling ze bruikbaar te maken voor de proceseigenaars/procestechnologen. EM345 De student is in staat om plans en schema's te lezen en te begrijpen. SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN Student is in staat om als een beginnend beroepsbeoefenaar, binnen een gegeven beroepscontext en met de beschikbare middelen, een maatschappelijk verantwoorde technische oplossing te formuleren, uit te werken en in dienst te nemen. Student kan zijn kennis en vaardigheden uit verschillende domeinen integreren en toepassen op het juiste moment en in een gegeven context. Student is in staat om zelf leerdoelen te formuleren Student is in staat om relevante literatuur op te zoeken, te verwerken en toe te passen. Student bezit de nodige sociale vaardigheden om in teamverband te werken aan een gemeenschapelijk project Student is in staat om te reflecteren over de behaalde resultaten en verbeterdoelen te formuleren VEREISTE BEGINCOMPETENTIES Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn Minimum 100 studiepunten verworven hebben in de eerste twee programmajaren binnen dezelfde afstudeerrichting van het departement Elektromechanica Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn Geen Andere begincompetenties Geen LEERINHOUDEN Leerinhouden van de opleidingsonderdelen in het eerste en tweede programmajaar Cursus Bedrijfsmanagement, departement elektromechanica, Dhr. F. Bekx STUDIEMATERIAAL WERKVORMEN Soort werkvorm uren   % hoor- en werkcolleges:  lesuren   00,00 practicum en oefeningen:  lesuren   00,00 vormen van groepsleren: 27  lesuren   40,25 studietijd buiten contacturen: 38.08  klokuren   56,77 Verdere toelichting: EVALUATIE Eerste examenperiode (100 % van de punten) op basis van groepspresentatie, portfolio en peer-assessment . Score van peer-assessment wordt omgezet naar een factor , die als vermenigvuldiger wordt gebruikt van de behaalde cijfers van de portfolio (meer gedetailleerde informatie kan je vinden in de evaluatietabel van de syllabus Multiprojecten en bijhorend addendum) tijd voor examinering uren 2 %    02,98 Tweede examenperiode Geen tweede zit mogelijk

 

3 Elektromechanica - 3KLM - Onderdelen - Bouwakoestiek    O.O. heeft componenten: Neen Afstudeerrichting: -:- Code: 3KM40 Academiejaar: 2007-2008 Type: kern Niveau: gespecialiseerd Programmajaar: 3 Periode binnen het modeltraject: M:7 Aantal studiepunten: 3 Wegingscoëfficient: 3 Totaal aantal contacturen: 30 Totaal studietijd: 78 Deeltijds programma: Examencontract: mogelijk Deliberatie: mogelijk Vrijstelling of overdracht: mogelijk Onderwijstaal: Nederlands Lector(en): Casteels Jan Pauwels Bert   KORTE OMSCHRIJVING In hoeverre houd ik rekening met het geluid in een gebouw, wanneer ik een installatie ontwerp? Met de laatste normen en wetgeving onder de arm "gaan we op stap". COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN  Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen) Algemene competenties Algemene beroepsgerichte competenties EM210 De student kan via analyse van relevante fysische gegevens, tot oplossingen komen. EM211 De student kan, vanuit technische, economische en functionele specificaties, oplossingen voorstellen en kan hierbij een gefundeerde keuze maken uit alternatieven. EM213 De student kan in snel veranderende werkomstandigheden en op basis van zijn/haar doorzettingsvermogen, prestatiegericht werken. Beroepsspecifieke competenties EM335 de student is in staat om de HVAC- en koeltechnische systemen in te regelen in het kader van het lastenboek en/of de gebruikersbehoefte EM336 De student is in staat om energiewinsten en -verliezen te bepalen a.d.h.v. bouwfysische gegevens, lastenboeken en normen. EM340 De student is in staat om specifieke metingen (excl. brandermetingen) uit te voeren en de meetresultaten ervan te interpreteren. SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN De student kan specifieke metingen (excl. Brandermetingen) uitvoeren en de meetresultaten ervan interpreteren. De student kan de HVAC- en koeltechnische systemen inregelen in het kader van het lastenboek en / of de gebruikersbehoefte. De student kan een geluidstechnicus volgen in zijn redeneringen over de te nemen maatregelen en de akoestische comforteisen van de klant. De student is in staat om het effect van een klimaatinstallatie op het akoestisch comfort in te schatten en de eventuele noodzaak van een geluidsdemper aan te tonen en te bestellen. De student is op de hoogte van de te voorziene maatregelen in de technische ruimte en kan het type van vering voor de ventilator vastleggen. De student zal de berekeningen vooral op een praktische, door de fabrikanten gehanteerde methode, uitvoeren. VEREISTE BEGINCOMPETENTIES Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn Toegepaste wiskunde en fysica Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn Geen Andere begincompetenties Geen LEERINHOUDEN Beoordelen en meten van lawaai. Onderzoek van luchtgeluid en luchtisolatie. Grenswaarden voor geluidsniveaus in gebouwen. Bepalen van de geluidsdemper aan de hand van een praktische methode van een fabrikant. Principes van isolatie van draaiende machines en lawaaibestrijding in de industrie. STUDIEMATERIAAL Overheadprojectie van situatieschetsen. Powerpointpresentatie van cases. Cursus bouwakoestiek, departement elektromechanica, 2005-2006. Internetsites van fabrikanten. Documentatie. WERKVORMEN Soort werkvorm uren   % hoor- en werkcolleges: 27  lesuren   34,62 practicum en oefeningen: 0  lesuren   00,00 vormen van groepsleren: 0  lesuren   00,00 studietijd buiten contacturen: 48  klokuren   61,54 Verdere toelichting: Hoorcolleges en praktische casestudies. EVALUATIE Eerste examenperiode Schriftelijk openboekexamen aan de hand van een praktische case waarbij vooral de nadruk wordt gelegd op het praktisch inzicht van de student. tijd voor examinering uren 3 %    03,85 Tweede examenperiode Schriftelijk openboekexamen aan de hand van een praktische case waarbij vooral de nadruk wordt gelegd op het praktisch inzicht van de student.

 

3 Elektromechanica - 3KLM - Onderdelen - Duits    O.O. heeft componenten: Neen Afstudeerrichting: -:- Code: 3KM57 Academiejaar: 2007-2008 Type: kern Niveau: inleidend Programmajaar: 3 Periode binnen het modeltraject: M:7 Aantal studiepunten: 3 Wegingscoëfficient: 3 Totaal aantal contacturen: 30 Totaal studietijd: 78 Deeltijds programma: Examencontract: mogelijk Deliberatie: mogelijk Vrijstelling of overdracht: mogelijk Onderwijstaal: Duits Lector(en): De Naeyer Katelijn   KORTE OMSCHRIJVING Het vak technisch Duits biedt de student(e) een inleiding in de Duitse taal en cultuur met de nadruk op technisch vakjargon. Er wordt rekening mee gehouden dat de meeste studenten geen basiskennis Duits bezitten; ze nemen wel interactief deel aan de lessen die ondersteund worden door multimedia. Aan het einde van de module moet de student(e) basisgrammatica en basiswoordenschat onder de knie hebben om technische documenten, (montage)handleidingen e.d. te kunnen vertalen en interpreteren. COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN  Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen) Algemene competenties EM101 De student kan nauwgezet, op een zelfstandige wijze, strategisch/efficiênt denken en verantwoord handelen in een multidisciplinaire omgeving van de beroepscontext. EM102 De student kan geordend, kernachtig en gesynthetiseerd een verslag opstellen, toelichten en/of een opvolgingsdossier beheren. De student kan beroepsspecifieke informatie opzoeken en verwerken. EM107 De student kan, op basis van zijn multidisciplinaire en afstudeerspecifieke kennis, communicatie met opdrachtgevers/klanten/ontwikkelaars/productiemedewerkers ontwikkelen en onderhouden. EM108 De student is in staat om, vanuit een basishouding van leven(s)lang leren, zelfstandig een leerdoel en leerstrategie te bepalen, uit te voeren en het resultaat terug te koppelen naar het leerdoel. Algemene beroepsgerichte competenties EM209 De student kan zich vlot in een groep/team integreren zodat hij/zij snel en efficiënt kan deelnemen aan de taken. EM213 De student kan in snel veranderende werkomstandigheden en op basis van zijn/haar doorzettingsvermogen, prestatiegericht werken. Beroepsspecifieke competenties EM355 De student kan op basis van afstudeerspecifieke kennis een technisch gesprek voeren in verschillende talen. SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN De student kan aan de hand van de aangeboden vaktechnische Duitstalige woordenschat instructies, handleidingen en  technische teksten begrijpen, interpreteren en samenvatten. De student kan grammaticale structuren begrijpen en enkele basisregels zelf toepassen. VEREISTE BEGINCOMPETENTIES Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn De student heeft voldaan aan de algemene toelatingsvoorwaarden zoals bepaald in het onderwijs- en examenreglement. Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn geen Andere begincompetenties geen LEERINHOUDEN Basisgrammatica. Technische teksten (bv. handleidingen, krantenartikels,…). Technische woordenschat. STUDIEMATERIAAL Cursus Technisch Duits, departement elektromechanica, I. Tuyls,2006-2007. Actuele teksten op Blackboard. Vertaalwoordenboek Duits-Nederlands. WERKVORMEN Soort werkvorm uren   % hoor- en werkcolleges: 27  lesuren   34,62 practicum en oefeningen: 0  lesuren   00,00 vormen van groepsleren: 0  lesuren   00,00 studietijd buiten contacturen: 48  klokuren   61,54 Verdere toelichting: Vertaalopdrachten in groep Hoorcollege in combinatie met leergesprek. EVALUATIE Eerste examenperiode Permanente evaluatie voor de presentatie van de technische teksten; lessen bijwonen is essentieel voor dit onderdeel : 15% van de punten. Op het einde van de module wordt een schriftelijk examen georganiseerd (grammatica, woordenschat, vertalen van een technische tekst en interpreteren van een ongeziene technische tekst) : 85% van de punten. tijd voor examinering uren 3 %    03,85 Tweede examenperiode Behaalde punten van de permanente evaluatie tijdens de onderwijsperiode blijven behouden (15%). Schriftelijk examen  (grammatica, woordenschat, vertalen van een technische tekst en interpreteren van een ongeziene technische tekst): 85% van de punten.

 

3 Elektromechanica - 3KLM - Onderdelen - Veiligheid en VCA    O.O. heeft componenten: Neen Afstudeerrichting: -:- Code: 3KM26 Academiejaar: 2007-2008 Type: kern Niveau: gespecialiseerd Programmajaar: 3 Periode binnen het modeltraject: M:7 Aantal studiepunten: 3 Wegingscoëfficient: 3 Totaal aantal contacturen: 30 Totaal studietijd: 78 Deeltijds programma: Examencontract: niet mogelijk Deliberatie: mogelijk Vrijstelling of overdracht: mogelijk Onderwijstaal: Nederlands Lector(en): Bekx Frank   KORTE OMSCHRIJVING De industrie en voor Seveso bedrijven ook het Ministerie van Arbeid en Tewerkstelling vereisen een minimale uniforme manier van veilig werken, van elke hogergeschoolde technieker verantwoordelijk voor het onderhoud en de veilige bedrijfszekere werking van technische installaties. Doorloop je met vrucht deze VCA opleiding (Veiligheid Checklist Aannemers) voor leidinggevenden: dan zal je veiligheidsinzicht tijdens werkvoorbereiding en –uitvoering, elk veiligheidsrisico beperken dat je zou betekenen voor je werkmakkers, voor je omgeving en het milieu, dan begrijp jij in je functie aan welke veiligheidseisen installaties, diensten en contracten die jij ondersteunt, oa. qua automatisering moeten voldoen, dan bekom je bij een minimumscore van 70% een VCA certificaat met een geldigheidsduur van 10 jaar op uw naam, dan krijg je met dit certificaat in je 3e Bachelor opleidingsjaar tijdens je stage- en eindwerkperiode toegang tot de technische installaties van VCA gecertificeerde bedrijven, ook als je daar werkzaam bent via een externe firma (contractarbeid), dan beantwoordt je met dit certificaat aan deze minimale vereiste om in VCA gecertificeerde bedrijven met andere werknemers onderling even veilig samen te werken. Deze VCA – Veiligheid opleiding is dus een onmisbare hoeksteen voor je job als technieker! COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN  Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen) Algemene competenties EM101 De student kan nauwgezet, op een zelfstandige wijze, strategisch/efficiênt denken en verantwoord handelen in een multidisciplinaire omgeving van de beroepscontext. Algemene beroepsgerichte competenties EM214 De student is in staat om uitvoerende taken nauwgezet en volgens de regels van de kunst (of goed vakmanschap) uit te voeren. / De student is in staat om risico's te herkennen en in te schatten. Beroepsspecifieke competenties SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN De student kan veilig werken. DEEL I:  De student opleiden in alle veiligheidsaspecten nodig voor veilige uitvoering van technische werkzaamheden. DEEL II: De student vertrouwd maken met dieperliggende verantwoordelijkheid qua veiligheid m.b.t. werkvoorbereiding, –uitvoering en te voeren veiligheidsbeleid. De student vertrouwd maken met risicoanalyse en risicobeheer als onderdeel van preventieplan. De student kan risicoanalyse of ‘risicoanalyse arbeidsmiddelen’ opmaken m.b.t. concrete machine of installatie. De student is op de hoogte van Europese Machinerichtlijn m.b.t.: a) Aanpassing oude machines, CE-certificering (2A, 2B en 2C) i.v.m. Europese Economische Ruimte (vrijhandelszone). b) Bestelprocedure nieuwe machines, apparaten, gereedschappen en installaties. Behalen VCA-certificaat 'operationeel leidinggevenden & contractors' (10 jaar geldig én op naam). VEREISTE BEGINCOMPETENTIES Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn Geslaagd zijn in het programmajaar van 1EM/ISE/TCA, departement elektromechanica . Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn Alle opleidingsonderdelen in het tweede programmajaar Andere begincompetenties Geen LEERINHOUDEN DEEL I: = 3 x 4 uren praktische lessen Provinciaal Veiligheidsinstituut Antwerpen. = Cursus ‘Veiligheidsopleiding operationeel leidinggevenden/contractors’ waarin volgende onderwerpen aan bod komen : Veiligheidswetgeving en Europese richtlijnen veiligheid, gezondheid en milieu. Risico, ongevallen, preventie en beschermingsmaatregelen. Werkvergunningen. Bedrijfsnoodplan. Lawaai en omgeving. Elektriciteit bij vaste, mobiele en tijdelijke installaties. Stralingsgevaar. Asbestgevaar. Gevaarlijke producten. Brandbeveiliging (explosiegevaar). Ergonomie en luchtbehandeling in werkruimten. Besloten ruimten. Hijsen, tillen en dragen. Struikelen, uitglijden en vallen. Machines en gereedschappen. Persoonlijke beschermingsmiddelen. Werken in de hoogte. DEEL II: = 2 x 4 uren theoretische lessen campus te Boom, met als onderwerpen: Arbeidsrisicoanalyse / risicobeoordeling arbeidsmiddelen. VCA-implementatie. Europese Machinerichtlijn / CE-certificering. DEEL III:  = Gedurende volledig lesblok zelfstudie met mogelijkheid tot vraagstelling aan vaklector. STUDIEMATERIAAL Praktijkcursus ‘Veiligheidsopleiding operationeel leidinggevenden/contractors PVI’. Cursus: ‘Veiligheidsopleiding operationeel leidinggevenden/contractors’ vaklector. Interactief oefensoftwarepakket ‘VCA-Basisopleiding PVI’ in EMI-ruimte raadpleegbaar. 'Codex voor Welzijn op het Werk’ is op elke pc in EMI-ruimte raadpleegbaar. Leervraaggesprekken in groepsverband. LCD– en overheadprojectie. Bordschema’s. WERKVORMEN Soort werkvorm uren   % hoor- en werkcolleges: 27  lesuren   34,62 practicum en oefeningen: 0  lesuren   00,00 vormen van groepsleren: 0  lesuren   00,00 studietijd buiten contacturen: 48  klokuren   61,54 Verdere toelichting: Praktische hoorcolleges in het Provinciaal Veiligheidsinstituut te Antwerpen. Theoretische hoorcolleges op campus te Boom, waarbij in groepsverband besproken uitgewerkte oefeningen aan bod komen in leervraaggespreksvorm, zodat studenten een gezond redeneringsvermogen ontwikkelen met betrekking tot veiligheid en VCA-implementatie. . EVALUATIE Eerste examenperiode Deel 1 voor 70% van de punten = Multiple-choice VCA-examen PVI voor behalen van VCA-certificaat, mits betaling extra inschrijvingsgeld aan PVI (minimum quotatie van 70% vereist om het VCA-certificaat te behalen). Tijd voor examinering deel 1 = 2 x 60 minuten. Deel 2 voor 30% van de punten = Schriftelijk examen m.b.t. onderwerpen risicoanalyse, VCA-implementatie en Europese Machinerichtlijn / CE-certificering. Tijd voor examinering deel 2 = 1 x 60 minuten. tijd voor examinering uren 3 %    03,85 Tweede examenperiode 100% punten: Schriftelijk examen gaat deels over de praktische PVI- opleiding en deels over de theoretische opleiding op campus Boom (Tijd voor examinering 2e zit = 2 x 60 minuten). Behalen VCA-certificaat in tweede examenperiode is uitgesloten.

 

3 Elektromechanica - 3KLM - Onderdelen - Stage    O.O. heeft componenten: Neen Afstudeerrichting: -:- Code: 3KM58 Academiejaar: 2007-2008 Type: kernondersteunend Niveau: gespecialiseerd Programmajaar: 3 Periode binnen het modeltraject: M:8 Aantal studiepunten: 18 Wegingscoëfficient: 18 Totaal aantal contacturen: 0 Totaal studietijd: 468 Deeltijds programma: Examencontract: niet mogelijk Deliberatie: mogelijk Vrijstelling of overdracht: mogelijk Onderwijstaal: Nederlands Lector(en): Beylemans Amedee   KORTE OMSCHRIJVING Tijdens je stage krijg je de kans om,  in een realistische arbeidsomgeving, je competenties (kennis, vaardigheden en attitudes) die je verworven hebt gedurende je opleiding, te borgen. Om dit te bereiken wordt je dagelijks betrokken bij de uitvoering van de technische werkzaamheden van je toekomstig beroep. Niet enkel kijken maar doen is de boodschap!  Tijdens de stageperiode besteed je evenees extra aandacht aan veiligheid en ontwikkeling van je sociale vaardigheden. Daarbij komen ethiek en deontologie van het beroep ook aan bod. Gedurende deze periode rapporteer je op regelmatige basis aan je stage- en lectorbegeleider. COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN  Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen) Algemene competenties EM101 De student kan nauwgezet, op een zelfstandige wijze, strategisch/efficiênt denken en verantwoord handelen in een multidisciplinaire omgeving van de beroepscontext. EM102 De student kan geordend, kernachtig en gesynthetiseerd een verslag opstellen, toelichten en/of een opvolgingsdossier beheren. De student kan beroepsspecifieke informatie opzoeken en verwerken. EM103 Doelgericht leren (evalueren) van je eigen handelingen (er positieve en negatieve kanten in identificeren) en gericht werken aan verbeteringen ( leerpunten formuleren). EM104 De student kan in een multidisciplinaire groep en vanuit zijn specifieke optie-(afstudeer)achtergrond een bijdrage leveren aan de totstandkoming van het gewenste resultaat. / De student kan multidisciplinaire opdrachten projectmatig aanpakken. EM105 De student kan, op basis van een goed omschreven probleem/project en door toepassing van multidisciplinaire kennis, komen tot innoverende concepten en/of oplossingen (durven innoveren is en begint dikwijls bij het kritisch afvragen van). EM106 De student is in staat tot het uitvoeren van eenvoudige leidinggevende- en managementtaken. EM107 De student kan, op basis van zijn multidisciplinaire en afstudeerspecifieke kennis, communicatie met opdrachtgevers/klanten/ontwikkelaars/productiemedewerkers ontwikkelen en onderhouden. EM108 De student is in staat om, vanuit een basishouding van leven(s)lang leren, zelfstandig een leerdoel en leerstrategie te bepalen, uit te voeren en het resultaat terug te koppelen naar het leerdoel. Algemene beroepsgerichte competenties EM209 De student kan zich vlot in een groep/team integreren zodat hij/zij snel en efficiënt kan deelnemen aan de taken. EM210 De student kan via analyse van relevante fysische gegevens, tot oplossingen komen. EM211 De student kan, vanuit technische, economische en functionele specificaties, oplossingen voorstellen en kan hierbij een gefundeerde keuze maken uit alternatieven. EM212 De student kan bij beroepsmatige en ethische dilemma's (bv. de verhoging van de productiviteit door minder veilig te werken) een afweging maken op basis van gedegen maatschappelijk geaccepteerde normen en waarden, en een besluit nemen. EM213 De student kan in snel veranderende werkomstandigheden en op basis van zijn/haar doorzettingsvermogen, prestatiegericht werken. EM214 De student is in staat om uitvoerende taken nauwgezet en volgens de regels van de kunst (of goed vakmanschap) uit te voeren. / De student is in staat om risico's te herkennen en in te schatten. EM215 De student kan onder tijdsdruk en bij onvoorziene omstandigheden effectief blijven functioneren. Beroepsspecifieke competenties EM316 De student kan via het verzamelen van (meet)gegevens en fysische waarnemingen het oorzakelijk verband van de fout vaststellen. EM319 De student is in staat om wijzigingen aan HVAC- en koelinstallaties uit te voeren. EM322 De student kan de basiscontroles in het kader van het opstarten van de HVAC- en koelinstallatie conform aan de opleveringsvoorwaarden uit te voeren. EM323 De student is in staat om HVAC- en koelsystemen volgens bedrijfstechnische specificaties op te stellen. EM328 De student is in staat om periodiek- en storingsonderhoud uit te voeren op HVAC en koelinstallaties. EM330 De student is in staat om, op basis van machinehistoriek of contructeursgegevens, preventieve onderhoudsplannen op te stellen, uit te voeren en bij te sturen. EM335 de student is in staat om de HVAC- en koeltechnische systemen in te regelen in het kader van het lastenboek en/of de gebruikersbehoefte EM336 De student is in staat om energiewinsten en -verliezen te bepalen a.d.h.v. bouwfysische gegevens, lastenboeken en normen. EM337 De student is in staat om de meest voorkomende HVAC- en koelinstallaties te dimensioneren, te selecteren en de bijhorende installatieschema's op te stellen en te verwerken tot een technisch dossier. EM340 De student is in staat om specifieke metingen (excl. brandermetingen) uit te voeren en de meetresultaten ervan te interpreteren. EM342 De student is in staat om door gebruik te maken van de huidige stand van de techniek een veelvoud aan data en parameters te verzamelen, te visualiseren, te bewaken en te bewaren, met de bedoeling ze bruikbaar te maken voor de proceseigenaars/procestechnologen. EM345 De student is in staat om plans en schema's te lezen en te begrijpen. EM355 De student kan op basis van afstudeerspecifieke kennis een technisch gesprek voeren in verschillende talen. SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN Coördinatie en communicatie tussen de verschillende partijen Rapportering Ethiek en deontologie Sociale vaardigheden Projectmatig en multidisciplinair werken VEREISTE BEGINCOMPETENTIES Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn Minimum 110 studiepunten verworven hebben in de eerste twee studiejaren binnen dezelfde afstudeerrichting van het departement elektromechanica. Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn Multiprojecten Andere begincompetenties geen LEERINHOUDEN leerinhoud van de volledige opleiding elektromechanica en de specifieke leerinhoud eigen aan de uit te oefenen taken tijdens de stageperiode STUDIEMATERIAAL Stage- en eindwerksyllabus, departement elektromechanica Syllabus Industriële projectweek, departement elektromechanica WERKVORMEN Soort werkvorm uren   % hoor- en werkcolleges: 0  lesuren   00,00 practicum en oefeningen: 0  lesuren   00,00 vormen van groepsleren: 0  lesuren   00,00 studietijd buiten contacturen: 468  klokuren   100,00 Verdere toelichting: Informatiesessie in week 50. Stage-opdracht . Minimum twee begeleidingsmomenten tussen student, bedrijfsbegeleider en lectorbegeleider. Op eigen initaitief kan op de terugkomdag een overlegmoment georganiseerd worden met stagebegeleider. Evaluatiegesprek op het einde van de Stage.   EVALUATIE Eerste examenperiode Evaluatie van Lector-stagebegeleider (30%). Evaluatie van bedrijfsbegeleider (70%). Raadpleeg de Stage- en eindwerksyllabus voor meer gedetailleerde informatie ivm evaluatie en richtlijnen van uw stage. Stage wordt uitgesloten van de automatische compensatieregels zoals bepaald in de departementale aanvulling van het onderwijs- en examenreglement Wie de verplichte stageperiode van 58 dagen niet doorlopen heeft kan niet slagen voor deze onderwijsactiviteit. familiale- en/of kennisbanden kunnen aanleiding geven tot de nietigverklaring van de stage- & eindwerkop tijd voor examinering uren 0 %    00,00 Tweede examenperiode geen

 

3 Elektromechanica - 3KLM - Onderdelen - Eindwerk    O.O. heeft componenten: Neen Afstudeerrichting: -:- Code: 3KM59 Academiejaar: 2007-2008 Type: kernondersteunend Niveau: gespecialiseerd Programmajaar: 3 Periode binnen het modeltraject: M:9 Aantal studiepunten: 15 Wegingscoëfficient: 15 Totaal aantal contacturen: 1 Totaal studietijd: 390 Deeltijds programma: Examencontract: niet mogelijk Deliberatie: mogelijk Vrijstelling of overdracht: mogelijk Onderwijstaal: Nederlands Lector(en): Beylemans Amedee   KORTE OMSCHRIJVING Het eindwerk is het sluitstuk van je opleiding en de laatste opdracht waarmee je bewijst dat je klaar bent om in het beroepenveld te stappen. Met je eindwerk toon je aan dat je in staat bent om een multidisciplinaire taak uit te werken en voldoende wetenschappelijk te onderbouwen. Je eindwerk bevat voldoende techniciteit en minstens 70% aantoonbaar eigen werk. COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN  Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen) Algemene competenties EM101 De student kan nauwgezet, op een zelfstandige wijze, strategisch/efficiênt denken en verantwoord handelen in een multidisciplinaire omgeving van de beroepscontext. EM102 De student kan geordend, kernachtig en gesynthetiseerd een verslag opstellen, toelichten en/of een opvolgingsdossier beheren. De student kan beroepsspecifieke informatie opzoeken en verwerken. EM103 Doelgericht leren (evalueren) van je eigen handelingen (er positieve en negatieve kanten in identificeren) en gericht werken aan verbeteringen ( leerpunten formuleren). EM104 De student kan in een multidisciplinaire groep en vanuit zijn specifieke optie-(afstudeer)achtergrond een bijdrage leveren aan de totstandkoming van het gewenste resultaat. / De student kan multidisciplinaire opdrachten projectmatig aanpakken. EM105 De student kan, op basis van een goed omschreven probleem/project en door toepassing van multidisciplinaire kennis, komen tot innoverende concepten en/of oplossingen (durven innoveren is en begint dikwijls bij het kritisch afvragen van). EM106 De student is in staat tot het uitvoeren van eenvoudige leidinggevende- en managementtaken. EM107 De student kan, op basis van zijn multidisciplinaire en afstudeerspecifieke kennis, communicatie met opdrachtgevers/klanten/ontwikkelaars/productiemedewerkers ontwikkelen en onderhouden. EM108 De student is in staat om, vanuit een basishouding van leven(s)lang leren, zelfstandig een leerdoel en leerstrategie te bepalen, uit te voeren en het resultaat terug te koppelen naar het leerdoel. Algemene beroepsgerichte competenties EM209 De student kan zich vlot in een groep/team integreren zodat hij/zij snel en efficiënt kan deelnemen aan de taken. EM210 De student kan via analyse van relevante fysische gegevens, tot oplossingen komen. EM211 De student kan, vanuit technische, economische en functionele specificaties, oplossingen voorstellen en kan hierbij een gefundeerde keuze maken uit alternatieven. EM212 De student kan bij beroepsmatige en ethische dilemma's (bv. de verhoging van de productiviteit door minder veilig te werken) een afweging maken op basis van gedegen maatschappelijk geaccepteerde normen en waarden, en een besluit nemen. EM213 De student kan in snel veranderende werkomstandigheden en op basis van zijn/haar doorzettingsvermogen, prestatiegericht werken. EM214 De student is in staat om uitvoerende taken nauwgezet en volgens de regels van de kunst (of goed vakmanschap) uit te voeren. / De student is in staat om risico's te herkennen en in te schatten. EM215 De student kan onder tijdsdruk en bij onvoorziene omstandigheden effectief blijven functioneren. Beroepsspecifieke competenties EM316 De student kan via het verzamelen van (meet)gegevens en fysische waarnemingen het oorzakelijk verband van de fout vaststellen. EM319 De student is in staat om wijzigingen aan HVAC- en koelinstallaties uit te voeren. EM322 De student kan de basiscontroles in het kader van het opstarten van de HVAC- en koelinstallatie conform aan de opleveringsvoorwaarden uit te voeren. EM323 De student is in staat om HVAC- en koelsystemen volgens bedrijfstechnische specificaties op te stellen. EM328 De student is in staat om periodiek- en storingsonderhoud uit te voeren op HVAC en koelinstallaties. EM330 De student is in staat om, op basis van machinehistoriek of contructeursgegevens, preventieve onderhoudsplannen op te stellen, uit te voeren en bij te sturen. EM335 de student is in staat om de HVAC- en koeltechnische systemen in te regelen in het kader van het lastenboek en/of de gebruikersbehoefte EM336 De student is in staat om energiewinsten en -verliezen te bepalen a.d.h.v. bouwfysische gegevens, lastenboeken en normen. EM337 De student is in staat om de meest voorkomende HVAC- en koelinstallaties te dimensioneren, te selecteren en de bijhorende installatieschema's op te stellen en te verwerken tot een technisch dossier. EM340 De student is in staat om specifieke metingen (excl. brandermetingen) uit te voeren en de meetresultaten ervan te interpreteren. EM342 De student is in staat om door gebruik te maken van de huidige stand van de techniek een veelvoud aan data en parameters te verzamelen, te visualiseren, te bewaken en te bewaren, met de bedoeling ze bruikbaar te maken voor de proceseigenaars/procestechnologen. EM345 De student is in staat om plans en schema's te lezen en te begrijpen. EM355 De student kan op basis van afstudeerspecifieke kennis een technisch gesprek voeren in verschillende talen. SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN De student kan zelfstandig analyseren van leerinhouden, verwerken van begrippen, concepten en structuren. De student is in staat om een multidisciplinaire opdracht die inhoudelijk aansluit bij het toekomstige werkveld op te zetten, uit te werken en tot een goed einde te brengen. VEREISTE BEGINCOMPETENTIES Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn Minimum 110 studiepunten verworven hebben in de eerste twee programmajaren binnen dezelfde afstudeerrichting van het departement elektromechanica. Uiterlijk op 26/10/07 in het bezit zijn van een goedgekeurd en door alle partijen ondertekend stage- & eindwerkovereenkomst . Goedgekeurd en ondertekend eindwerkopdracht. Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn Multiprojecten KLM Bedrijfsmanagement Duits Veiligheid en VCA Energiewisselaars Koeltechnieken Bouwakoestiek Stage Andere begincompetenties Uiterlijk op 26/10/07 in het bezit zijn van een goedgekeurd en door alle partijen ondertekend stage- & eindwerkovereenkomst. Goedgekeurd en ondertekend eindwerkopdracht. LEERINHOUDEN Het eindwerk sluit de opleiding van bachelor elektromechanica af. Het  is een multidisciplinaire opdracht waarmee de student bewijst dat hij rond een opgegeven onderwerp uit het werkveld een studie kan opzetten, uitvoeren en weergeven. Het eindwerk  is een oefening in schriftelijk taalgebruik en rapportering. Bij het eindwerk hoort een mondelinge presentatie en een verdediging voor een jury (lectoren en vertegenwoordigers van het werkveld). STUDIEMATERIAAL Stage- en eindwerksyllabus, departement elektromechanica Cursussen van de volledige opleiding bachelor elektromechanica Handleidingen en technische data aangeboden door het stage- & eindwerkbedrijf WERKVORMEN Soort werkvorm uren   % hoor- en werkcolleges: 0  lesuren   00,00 practicum en oefeningen: 0  lesuren   00,00 vormen van groepsleren: 0  lesuren   00,00 studietijd buiten contacturen: 389  klokuren   99,74 Verdere toelichting: Informatiesessie in week 50. Essay maken. De student bezorgt het ingevulde document ‘omschrijving van de opdracht’ aan zowel de bedrijfsbegeleider, zijn/haar promotor en de opleidingscoördinator uiterlijk op 14 maart 2008. Minimum twee begeleidingsmomenten tussen eindwerkbegeleider en student. Dit gebeurt op eigen initiatief en wordt bij voorkeur op de terugkomdagen georganiseerd. Het eindwerk wordt, in viervoud, bij de opleidingscoördinator ingeleverd uiterlijk 6 juni 2008 te 17.00 u. EVALUATIE Eerste examenperiode Evaluatie door bedrijfsbegeleider a.d.h.v. het eindwerk evaluatieraster (10%). Procesevaluatie door eindwerkbegeleider (10%). Evaluatie door jury bestaande uit 2 lectoren en 2 specialisten uit  het beroepsveld (80%). De presentatie van het eindwerk duurt max. 30 minuten en wordt afgesloten met 10 minuten vraagstelling door de jury. Minimum twee begeleidingsmomenten verplicht tijdens de eindwerkperiode. Indien hieraan niet voldaan is kan de verdediging verwezen worden naar de tweede examenperiode. Raadpleeg de Stage- en eindwerksyllabus voor een meer gedetailleerde informatie ivm evaluatie van het eindwerk. Eindwerk wordt uitgesloten van de automatische compensatieregels zoals bepaald in de departementale aanvulling van het onderwijs-en examenreglement. tijd voor examinering uren 1 %    00,26 Tweede examenperiode Evaluatie door bedrijfsbegeleider a.d.h.v. het eindwerk evaluatieraster (10%). Procesevaluatie door eindwerkbegeleider (10%). Evaluatie door jury bestaande uit 2 lectoren en 2 specialisten uit  het beroepsveld (80%). De presentatie van het eindwerk duurt max. 30 minuten en wordt afgesloten met 10 minuten vraagstelling door de jury. Raadpleeg de Stage- en eindwerksyllabus voor een meer gedetailleerde informatie ivm evaluatie van uw eindwerk. Eindwerk wordt uitgesloten van de automatische compensatieregels zoals bepaald in de departementale aanvulling van het onderwijs-en examenreglement.