|
3 Biomedische laboratoriumtechnologie - 3BMO - Opleidingsonderdelen |
|
|
|
| | |
3 Biomedische laboratoriumtechnologie - 3BMO - Onderdelen - Onderzoekstechnieken |
|
|
|
O.O. heeft componenten: |
Ja |
O.O. bestaat uit componenten |
Celkweek
Biomoleculaire techn. en analysemethoden
Seminaries
Toegepaste statistiek
Bioinformatica
|
Afstudeerrichting: |
-:- |
Code: |
30043 |
Academiejaar: |
2007-2008 |
Programmajaar: |
3 |
Periode binnen het modeltraject: |
P:7 |
Aantal studiepunten: |
10 |
Wegingscoëfficient: |
10 |
Totaal aantal contacturen: |
68 |
Totaal studietijd: |
260 |
Examencontract: |
mogelijk |
Deliberatie: |
mogelijk |
Vrijstelling of overdracht: |
mogelijk |
Lector(en): |
Partoens Peter Van doorslaer Els
|
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
zie deelfiches
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
zie deelfiches
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
zie deelfiches
|
Andere begincompetenties
|
zie deelfiches
|
|
| |
|
3 Biomedische laboratoriumtechnologie - 3BMO - Onderdelen - Biomoleculaire techn. en analysemethoden |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Onderzoekstechnieken |
Afstudeerrichting: |
-:- |
Code: |
30044 |
Academiejaar: |
2007-2008 |
Type: |
? |
Niveau: |
? |
Programmajaar: |
3 |
Periode binnen het modeltraject: |
: |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
61 |
Totaal aantal contacturen: |
45 |
Totaal studietijd: |
158,6 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Van doorslaer Els
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
De rode draad doorheen de component "Biomoleculaire technieken en analysemethoden" is "de weg van gen tot eiwit" en sluit hierdoor zeer nauw aan bij het opleidingsonderdeel "Moleculaire genetica". In de component "Biomoleculaire technieken en analysemethoden" worden de verschillende aspecten van recombinant DNA-technologie behandeld o.m. het gebruik van eiwit- en nucleïnezuurdatabanken en de verschillende enzymen. Tevens worden de methoden besproken om cellen en weefsels te homogeniseren. De werking van verschillende detergenten en de mogelijke strategie voor nucleïnezuur- en eiwitzuivering worden behandeld. Alle technieken die hierbij aan bod komen (fractionatie, concentratiebepaling, bufferwissel, concentrering,enz…) worden in theorie gezien en in de component "geïntegreerd lab" toegepast. Nadruk wordt hierbij gelegd op de voorzorgen die nodig zijn om bv. denaturatie te voorkomen. Verder komen de diverse chromatografische en elektroforetische scheidingstechnieken aan bod en de toepassingen die ze in praktijk hebben. De theorie van deze component en het "Geïntegreerd lab" zijn zeer nauw met elkaar verweven.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- BL101 Hij/zij kan zijn werk op een efficiënte en ordelijke wijze organiseren en hanteert tijdmanagementtechnieken.
- BL102 Hij/zij kan relevante informatie verzamelen.
- BL103 Hij/zij deelt de problemen op en onderscheidt hoofd- van bijzaken, redeneert logisch, werkt nauwkeurig, denkt kritisch, trekt gegronde conclusies uit beschikbare informatie.
- BL104 Hij/zij stelt zich open voor het verwerven van nieuwe kennis en vaardigheden en kan daartoe de gepaste leerstrategieën aanwenden.
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL207 Hij/zij heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis. Deze deskundigheid omvat de verschillende aspecten van de biomedische wetenschappen, waaronder: chemie, biologie, biochemie, microbiologie, anatomie, fysiologie, hematologie en immunologie.
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
De student, afstudeerrichting biochemie kent na deze lessenreeks:
- de strategie, de methoden en de technieken om een eiwit te maken via recombinant DNA-technologie.
- de algemeen gebruikte scheidingstechnieken voor nucleïnezuren en eiwitten.
- de belangrijkste chromatografische en elektroforetische technieken, de apparatuur die daarbij gebruikt wordt en de belangrijkste toepassingen.
- de typische biochemische werkwijzen als homogenisatie, fractionering, dialyse, membraanfiltratie, blotten en centrifugatie en de apparatuur die hierbij gebruikt wordt.
- de algemeen gebruikte identificatietechnieken voor eiwitten en nucleïnezuren als o.m. de verschillende kleurreacties, autoradiografie en immunochemische detectie.
De student kan na deze lessenreeks: - onder begeleiding, een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis en deskundigheid in gentechnologie, biochemie, enzymologie, immunologie, microbiologie, bioinformatica en analysetechnieken, gebruiken om een eiwit via recombinant DNA-technologie aan te maken.
- onder begeleiding, nieuwe procedures ontwikkelen om eiwitten en nucleïnezuren te zuiveren en te karakteriseren en hierbij de juiste technieken en apparatuur gebruiken. Hij is in staat deze technieken in diverse sectoren (biomedische sector, landbouw, voeding, milieu …) toe te passen.
- de veiligheids- en afvalverwerkingsvoorschriften nauwgezet opvolgen en hij bezit een ethisch onderbouwd verantwoordelijkheidsgevoel
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
geslaagd in het 1ste jaar
Credits voor de opleidingsonderdelen "Biochemie", "Moleculaire genetica" en "Immunologie".
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
|
Andere begincompetenties
|
|
LEERINHOUDEN
|
Dit opleidingsonderdeel bestaat uit drie grote delen: biochemische werkwijzen, elektroforese en chromatografie.
- Biochemische werkwijzen
Water, diverse stoffen en buffers
- Eigenschappen van water
- Invloed van diverse stoffen
Homogenisatie van cellen en weefsels
- Uitgangsmateriaal
- Activiteit van hydrolytische enzymen
- Homogenisatiemethoden
Zuivering van en werken met nucleïnezuren
- Algemene strategie bij zuivering nucleïnezuren
- Beschadiging van nucleïnezuren
- Concentratiebepaling
- Denaturatie en renaturatie
- Isolatie en zuivering
- Zuiverheid - Identificatie
- Recombinant DNA-technologie
Zuivering van en werken met eiwitten
- Algemene strategie bij zuivering eiwitten
- Efficiëntie van de zuiveringsstap
- Fractionering
- Verwijdering van zouten
- Bewaring
- Maken van een eiwitoplossing
- Detectie van denaturatie
2. Elektroforese Basisprincipes elektroforese
- Inleiding
- Experimentele aspecten
Elektroforese van eiwitten - Inleiding
- Polyacrylamidegel elektroforese
- Iso-elektrofocussing
- 2D-elektroforese
Elektroforese van nucleïnezuren
- Inleiding
- Gelkeuze
- Detectie
- Submarine elektroforese
- Sequentie- en genoomanalyse
- RNA-elektroforese
- Pulsed field lektroforese
Adsorptie aan membranen - blotten
- Voordelen van blotten
- Technieken
- Membraantypen
3.Chromatografie
Chromatografie
- Inleiding
- Begrippen en formules
- Oplossend vermogen van een kolom
- Indeling
- Apparatuur
- Oefeningen
Gelfiltratiechromatografie - Principe
- Samenstelling van de gelkorrels
- Zwellen van gelkorrels
- Verwijderen van lucht
- Kwantitatieve benadering
- Fractioneringsbereik
- Oplossend vermogen
- Toepassingen
- Praktische uitvoering
- Oefeningen
Ionenchromatografie
- Inleiding
- Elektrostatische aantrekking
- Ionenuitwisseling
- Selectiviteitsconstante
- Ionenuitwisselaars
- Ionenchromatografie
- Oefeningen
Affiniteitschromatografie
- Principe
- Matrix
- Ligand
- Spacerarm
- Elutie
- Kolomkeuze en stockeren van het gel
- Oefeningen
Hydrofobe interactiechromatografie
- Principe
- Uitvoering
Toepassingen
|
STUDIEMATERIAAL
|
- cursus "Biomoleculaire technieken en analysemethoden delen biochemische werkwijzen, elektroforese en chromatografie" – auteur: Els Van doorslaer – Plantijnhogeschool 2007.
- powerpoint presentaties van alle lessen zijn beschikbaar op Blackboard - auteur: Els Van doorslaer – Plantijnhogeschool 2007.
- manualen en catalogen van verschillende firma’s.
- aanbevolen websites staan bij de verschillende hoofdstukken van de cursus vermeld.
- cursus "Bio-informatica" op Blackboard – auteur: Peter Partoens – Plantijnhogeschool 2007.
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
42
|
lesuren
|
25,93
|
practicum en oefeningen:
|
|
lesuren
|
00,00
|
vormen van groepsleren:
|
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
117
|
klokuren
|
72,22
|
Verdere toelichting:
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
toetsing INT7-1, tijdens de examenperiode: - het examen bestaat uit een schriftelijk en mondeling gedeelte
- het mondeling gedeelte mag gedurende een korte periode schriftelijk voorbereid worden
- op het mondeling als het schriftelijk examen worden zowel kennis-, inzichts- als toepassingsvragen gesteld en gepeild naar het redeneervermogen van de student.
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
2de zittijd: analoog examen als in 1ste zittijd.
|
|
| |
|
3 Biomedische laboratoriumtechnologie - 3BMO - Onderdelen - Celkweek |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Onderzoekstechnieken |
Afstudeerrichting: |
-:- |
Code: |
30045 |
Academiejaar: |
2007-2008 |
Type: |
? |
Niveau: |
? |
Programmajaar: |
3 |
Periode binnen het modeltraject: |
: |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
8 |
Totaal aantal contacturen: |
6 |
Totaal studietijd: |
20,8 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Pittois Karen
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
De cursus celkweek geeft een inleiding tot het kweken van plantaardige en dierlijke cellen in vitro. Men krijgt een overzicht van de verschillende soorten culturen en hoe men deze culturen moet onderhouden. De verschillende toestellen en vereiste materialen worden besproken. De verschillende soorten contaminaties van culturen komen en bod en hoe men deze kan vermijden en/of verwijderen . Verder worden een aantal mogelijke toepassingen van celkweek als techniek in andere onderzoeksdomeinen aangehaald en kort beschreven .
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- BL101 Hij/zij kan zijn werk op een efficiënte en ordelijke wijze organiseren en hanteert tijdmanagementtechnieken.
- BL102 Hij/zij kan relevante informatie verzamelen.
- BL103 Hij/zij deelt de problemen op en onderscheidt hoofd- van bijzaken, redeneert logisch, werkt nauwkeurig, denkt kritisch, trekt gegronde conclusies uit beschikbare informatie.
- BL104 Hij/zij stelt zich open voor het verwerven van nieuwe kennis en vaardigheden en kan daartoe de gepaste leerstrategieën aanwenden.
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL207 Hij/zij heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis. Deze deskundigheid omvat de verschillende aspecten van de biomedische wetenschappen, waaronder: chemie, biologie, biochemie, microbiologie, anatomie, fysiologie, hematologie en immunologie.
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- BL311 Hij/zij kan analyses uitvoeren in de diverse deeldomeinen van de klinische biologie: klinische chemie, microbiologie, hematologie, cyto(histo)logie, immunologie, genetica, hormonologie.
- BL313 Hij/zij kan de handelingen uitvoeren die aan de diagnose voorafgaan, of die de toepassing van een handeling of de uitvoering van maatregelen van de preventieve geneeskunde betreffen.
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
De student kent na deze lessenreeks: 1. De verschillende soorten celculturen en de methoden om celculturen op te starten en te onderhouden. 2. De materialen en toestellen nodig om cellen in kweek te houden en de basisprincipes van de werking. 3. De methode om cellen te tellen en het percentage levende cellen in een cultuur te bepalen. 4. De manier waarop cellen worden gestockeerd en bewaard. 5. De verschillende soorten contaminaties in celculturen en de manieren om deze te detecteren, te voorkomen en te verwijderen. 6. Toepassingen van celcultuur in verschillende onderzoeksdomeinen. De student kan na deze lessenreeks: 1. Celtypes herkennen in een cultuur 2. Verschillende soorten contaminatie in een celcultuur herkennen.
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
Alle opleidingsonderdelen van het eerste programmajaar
Biochemie
Immunologie
Moleculaire genetica
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
|
Andere begincompetenties
|
|
LEERINHOUDEN
|
-
Hoe brengt men cellen in cultuur?
-
Soorten cellen
-
Controle van de groeiende cellen en onderhoud van culturen
-
Werkomgeving en vereiste toestellen en materialen
-
Bewaring en stockage van cellen
-
Contaminaties: soorten en hoe deze te vermijden
-
Toepassingen van celkweek als techniek in verschillende onderzoeksdomeinen
|
STUDIEMATERIAAL
|
1. cursus “Cel-en weefselkweek“ – auteur: Karen Pittois – Plantijnhogeschool 2007 2. Powerpoint presentaties van alle lessen zijn beschikbaar op Blackboard - auteur: Karen Pittois – Plantijnhogeschool 2007
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
5
|
lesuren
|
22,73
|
practicum en oefeningen:
|
|
lesuren
|
00,00
|
vormen van groepsleren:
|
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
16
|
klokuren
|
72,73
|
Verdere toelichting:
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
toetsing INT7-1, tijdens de examenperiode:
a. het examen bestaat uit een schriftelijk en mondeling gedeelte b. het mondeling gedeelte mag gedurende een korte periode schriftelijk voorbereid worden c. op het mondeling als het schriftelijk examen worden zowel kennis-, inzichts- als toepassingsvragen gesteld en gepeild naar het redeneervermogen van de student.
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
2de zittijd: analoog examen als in 1ste zittijd.
|
|
| |
|
3 Biomedische laboratoriumtechnologie - 3BMO - Onderdelen - Bioinformatica |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Onderzoekstechnieken |
Afstudeerrichting: |
-:- |
Code: |
30046 |
Academiejaar: |
2007-2008 |
Type: |
? |
Niveau: |
? |
Programmajaar: |
3 |
Periode binnen het modeltraject: |
: |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
8 |
Totaal aantal contacturen: |
6 |
Totaal studietijd: |
20,8 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Partoens Peter
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Deze lessenreeks wil een inzicht geven in het belang en het gebruik van de bioinformatica voor de verschillende disciplines in het biomedisch onderzoek
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- BL101 Hij/zij kan zijn werk op een efficiënte en ordelijke wijze organiseren en hanteert tijdmanagementtechnieken.
- BL102 Hij/zij kan relevante informatie verzamelen.
- BL103 Hij/zij deelt de problemen op en onderscheidt hoofd- van bijzaken, redeneert logisch, werkt nauwkeurig, denkt kritisch, trekt gegronde conclusies uit beschikbare informatie.
- BL104 Hij/zij stelt zich open voor het verwerven van nieuwe kennis en vaardigheden en kan daartoe de gepaste leerstrategieën aanwenden.
- BL105 Hij/zij kan samenwerken met collega's zowel uit de eigen als uit andere vakdisciplines. Hij/zij functioneert goed in teamverband.
- BL106 Hij/zij kan ordelijk en duidelijk rapporteren over zijn/haar werk, schrijft en spreekt vlot en in een taal aangepast aan de doelgroep.
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL208 Hij/zij beschikt over goede laboratorium- en technologische vaardigheden, kan deze toepassen in concrete praktijksituaties en kan daarbij de moderne informatica-hulpmiddelen gebruiken.
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
De student kan na deze lessenreeks:
- de voornaamste bioinformatica tools efficiënt gebruiken
- deze tools geïntegreerd toepassen in moleculair biologisch onderzoek
- zich nieuw ontwikkelde tools eigen maken
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
Alle opleidingsonderdelen van het eerste programmajaar
Opleidingsonderdelen Biochemie en Moleculaire Genetica uit het 2de programmajaar.
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
|
Andere begincompetenties
|
|
LEERINHOUDEN
|
Na een korte inleiding over het nut van bioinformatica in het wetenschappelijk onderzoek worden een aantal databanken voorgesteld en wordt aangeleerd op welke manier hier efficiënt mee kan gewerkt worden. Hierna komen een aantal veel gebruikte tools aan bod zowel gericht op DNA-technologie als op eiwit-werk. Nadruk in deze component ligt op het leren gebruiken van de bio-informatica tools en niet op de achterliggende informatica. Vandaar dat deze cursus voornamelijk bestaat uit oefeningen.
|
STUDIEMATERIAAL
|
Ppt-cursus Bioinformatica – Peter Partoens - Plantijnhogeschool 2007
Alle voorgestelde tools zijn publiekelijk toegankelijk op het internet.
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
5
|
lesuren
|
22,73
|
practicum en oefeningen:
|
|
lesuren
|
00,00
|
vormen van groepsleren:
|
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
16
|
klokuren
|
72,73
|
Verdere toelichting:
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
toetsing INT7-1, tijdens de examenperiode
Er zal niet gepeild worden naar theoretische kennis. De student moet de correcte tools kunnen toepassen in oefeningen komende uit reeële onderzoekssituaties.
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
toetsing INT7-1, tijdens de examenperiode
Er zal niet gepeild worden naar theoretische kennis. De student moet de correcte tools kunnen toepassen in oefeningen komende uit reeële onderzoekssituaties.
|
|
| |
|
3 Biomedische laboratoriumtechnologie - 3BMO - Onderdelen - Toegepaste statistiek |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Onderzoekstechnieken |
Afstudeerrichting: |
-:- |
Code: |
30047 |
Academiejaar: |
2007-2008 |
Type: |
? |
Niveau: |
? |
Programmajaar: |
3 |
Periode binnen het modeltraject: |
: |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
16 |
Totaal aantal contacturen: |
12 |
Totaal studietijd: |
41,6 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Van Vlaslaer Veerle
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Kwaliteitszorg (KZ) is niet meer weg te denken uit het lab. We bekijken de basisprincipes van KZ (kwaliteitssystemen, quality tools, normen, accreditatie, kwaliteitshandboek en standaardwerkinstructies). De statistiek uit de vorige programmajaren wordt toegepast bij validatie van methoden en toestellen en vormt de basis voor de interne (controlekaarten, 6 sigma, procesoptimalisatie) en de externe (interlabstudies) kwaliteitscontroles.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- BL102 Hij/zij kan relevante informatie verzamelen.
- BL103 Hij/zij deelt de problemen op en onderscheidt hoofd- van bijzaken, redeneert logisch, werkt nauwkeurig, denkt kritisch, trekt gegronde conclusies uit beschikbare informatie.
- BL104 Hij/zij stelt zich open voor het verwerven van nieuwe kennis en vaardigheden en kan daartoe de gepaste leerstrategieën aanwenden.
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL207 Hij/zij heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis. Deze deskundigheid omvat de verschillende aspecten van de biomedische wetenschappen, waaronder: chemie, biologie, biochemie, microbiologie, anatomie, fysiologie, hematologie en immunologie.
- BL209 Hij/zij streeft naar een correcte voorbereiding en uitvoering, waarbij hij/zij zich bewust is van de veiligheidsaspecten (o.a. het besmettingsgevaar) en de kwaliteitseisen.
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
de student kan beslissen welke statistische methode voor welk probleem geschikt is en deze test ook concreet uitvoeren (opstellen van het proefopzet, uitvoeren van de experimenten, uitvoeren van de gepaste berekeningen en interpretatie van het resultaat)
de student kan een methode valideren (opstellen proefschema in functie van de validatieparameters, uitvoeren experimenten, berekenen van de parameters en interpretatie van het resultaat)
de student kan een optimalisatie van methode- of procesparameters uitvoeren volgens de simplexmethode
de student kan controlekaarten opzetten en lezen (interpreteren volgens leesregels)
de student kent de statistische principes achter externe kwaliteitscontrole (interpretatie van de rapportering)
de student kan meewerken aan opstellen van kwaliteitshandboek en SOP’s
de student kent de basisprincipes van kwaliteitszorg
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
statistiek en POP uit 2BL
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
|
Andere begincompetenties
|
|
LEERINHOUDEN
|
1. Interne QC a. methodevalidatie (juistheid – bepalingsgrenzen – precisie – lineariteit – robuustheid) b. inleiding kwaliteitszorg, Six Sigma (met procescapabiliteit), AQL c. controlekaarten (met leesregels) 2. externe QC (interlab) a. Youdenplot b. zaagtandplot 3. Optimisatie: a. Fibonacci b. simplexmethode
|
STUDIEMATERIAAL
|
hoofdstukken 16 tem 20 uit de cursus “toegepaste statistiek” – auteur: Veerle Van Vlaslaer – Plantijnhogeschool 2007 “formuleboekje statistiek” (delen 1ste, 2de en 3de jaar) – auteur: Veerle Van Vlaslaer – Plantijnhogeschool 2007 rekenmachine www.westgard.com
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
10
|
lesuren
|
22,73
|
practicum en oefeningen:
|
|
lesuren
|
00,00
|
vormen van groepsleren:
|
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
32
|
klokuren
|
72,73
|
Verdere toelichting:
Hoorcolleges: hierin worden de statistische technieken uitgelegd aan de hand van toepassingen en oefeningen uit het werkveld. Zelfstandig werk: oplossen van de oefeningenreeksen uit de cursus (met Excel). Feedback van de lector tijdens de colleges of via mail.
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
integratieve toets. open-boek’ toetsing: het boek is het formuleboekje statistiek (delen 1BL, 2BL en 3BL) en bevat geen opgeloste oefeningen. gebruik van een rekenmachine is toegelaten. samenstelling van de vragen: - hoogstens 50% van de vragen zijn louter kennisvragen (correct toepassen van de statistische technieken, correct uitvoeren van berekeningen, reproduceren van begrippen en definities) - minstens 50% van de vragen zijn interpretatievragen (correct kiezen voor een bepaalde techniek, interpretatie van de resultaten, interpretatie van de onderzoeksresultaten van derden).
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
idem
|
|
| |
|
3 Biomedische laboratoriumtechnologie - 3BMO - Onderdelen - Seminaries |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Onderzoekstechnieken |
Afstudeerrichting: |
-:- |
Code: |
30048 |
Academiejaar: |
2007-2008 |
Type: |
? |
Niveau: |
? |
Programmajaar: |
3 |
Periode binnen het modeltraject: |
: |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
7 |
Totaal aantal contacturen: |
nog niet beschikbaar |
Totaal studietijd: |
18,2 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Partoens Peter
|
Nog geen gegevens gevonden
| |
|
3 Biomedische laboratoriumtechnologie - 3BMO - Onderdelen - Parasitologie en mycologie |
|
|
|
O.O. heeft componenten: |
Ja |
O.O. bestaat uit componenten |
Mycologie
Parasitologie
|
Afstudeerrichting: |
-:- |
Code: |
30049 |
Academiejaar: |
2007-2008 |
Programmajaar: |
3 |
Periode binnen het modeltraject: |
P:7 |
Aantal studiepunten: |
8 |
Wegingscoëfficient: |
8 |
Totaal aantal contacturen: |
77 |
Totaal studietijd: |
208 |
Examencontract: |
niet mogelijk |
Deliberatie: |
mogelijk |
Vrijstelling of overdracht: |
mogelijk |
Lector(en): |
Partoens Peter
|
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
zie deelfiches
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
zie deelfiches
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
zie deelfiches
|
Andere begincompetenties
|
zie deelfiches
|
|
| |
|
3 Biomedische laboratoriumtechnologie - 3BMO - Onderdelen - Parasitologie |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Parasitologie en mycologie |
Afstudeerrichting: |
-:- |
Code: |
30050 |
Academiejaar: |
2007-2008 |
Type: |
? |
Niveau: |
? |
Programmajaar: |
3 |
Periode binnen het modeltraject: |
: |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
51 |
Totaal aantal contacturen: |
40 |
Totaal studietijd: |
106,08 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Asselberg Rob
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
De cursus geeft een overzicht van de voornaamste eukaryote parasieten van de mens.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- BL102 Hij/zij kan relevante informatie verzamelen.
- BL104 Hij/zij stelt zich open voor het verwerven van nieuwe kennis en vaardigheden en kan daartoe de gepaste leerstrategieën aanwenden.
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL207 Hij/zij heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis. Deze deskundigheid omvat de verschillende aspecten van de biomedische wetenschappen, waaronder: chemie, biologie, biochemie, microbiologie, anatomie, fysiologie, hematologie en immunologie.
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- BL313 Hij/zij kan de handelingen uitvoeren die aan de diagnose voorafgaan, of die de toepassing van een handeling of de uitvoering van maatregelen van de preventieve geneeskunde betreffen.
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- de kennis van de voornaamste parasieten van de mens grondig beheersen
- de biologische achtergrond begrijpen van de ontwikkelingscycli
- de plaats van de mens inzien in het geheel van het ecologisch systeem
- de verschillende technieken aanleren of bestuderen om parasieten bij de mens op te sporen, of om ze vermijden
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
geen
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
geen
|
Andere begincompetenties
|
basiskennis biologie
|
LEERINHOUDEN
|
-
algemene informatie over de parasiet en zijn omgeving, begrippen epidemiologie, nomenclatuur, ziekteprocessen, diagnose, controle en preventie, historiek
-
flagellaire parasitaire protozoa van het verteringskanaal, de urogenitale wegen, bloed en weefsels
-
amoeben van het verteringskanaal en pathogene vrijlevende amoeben
-
coccidia, microsporidia, piroplasmen en gecilieerde protozoa
-
malaria-parasieten
-
platworminfecties, trematoden en schistosomen
-
amphistomate en distomate 'botten'
-
lintwormen
-
aphasmide nematoden, rhabditiden en strongyliden
-
oxyuroidea, ascaridoidea en spirurida
-
filariae
-
insecten van medisch belang: luizen, kakkerlakken, wantsen, diptera en vlooien
|
STUDIEMATERIAAL
|
-
microscopische preparaten
-
vers faecesmateriaal met wormeieren
-
geconserveerde volwassen wormen
-
wetenschappelijke artikels en fotomateriaal
-
cursus parasitologie deel 10A: algemene informatie - Rob Asselberg
-
cursus parasitologie deel 10B: protozoölogie - Rob Asselberg
-
cursus parasitologie deel 10C: helminthologie - Rob Asselberg
-
cursus parasitologie deel 10D: arthropoda - Rob Asselberg
-
cursus parasitologie deel 10E: laboratoriumtechnieken - Rob Asselberg
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
|
lesuren
|
00,00
|
practicum en oefeningen:
|
38
|
lesuren
|
34,86
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
69
|
klokuren
|
63,30
|
Verdere toelichting:
- hoorcolleges
- praktijksessies (aanwezigheid verplicht)
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
INT7-4
- permanente evaluatie van de praktijksessies (30%)
- schriftelijk examen (70%)
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
schriftelijk (de punten van de permanente evaluatie blijven behouden)
|
|
| |
|
3 Biomedische laboratoriumtechnologie - 3BMO - Onderdelen - Mycologie |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Parasitologie en mycologie |
Afstudeerrichting: |
-:- |
Code: |
30051 |
Academiejaar: |
2007-2008 |
Type: |
? |
Niveau: |
? |
Programmajaar: |
3 |
Periode binnen het modeltraject: |
: |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
49 |
Totaal aantal contacturen: |
37 |
Totaal studietijd: |
101,92 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Winnen Patricia
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Deze lessenreeks geeft een overzicht van de verschillende fungische aandoeningen.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- BL101 Hij/zij kan zijn werk op een efficiënte en ordelijke wijze organiseren en hanteert tijdmanagementtechnieken.
- BL102 Hij/zij kan relevante informatie verzamelen.
- BL103 Hij/zij deelt de problemen op en onderscheidt hoofd- van bijzaken, redeneert logisch, werkt nauwkeurig, denkt kritisch, trekt gegronde conclusies uit beschikbare informatie.
- BL104 Hij/zij stelt zich open voor het verwerven van nieuwe kennis en vaardigheden en kan daartoe de gepaste leerstrategieën aanwenden.
- BL105 Hij/zij kan samenwerken met collega's zowel uit de eigen als uit andere vakdisciplines. Hij/zij functioneert goed in teamverband.
- BL106 Hij/zij kan ordelijk en duidelijk rapporteren over zijn/haar werk, schrijft en spreekt vlot en in een taal aangepast aan de doelgroep.
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL207 Hij/zij heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis. Deze deskundigheid omvat de verschillende aspecten van de biomedische wetenschappen, waaronder: chemie, biologie, biochemie, microbiologie, anatomie, fysiologie, hematologie en immunologie.
- BL208 Hij/zij beschikt over goede laboratorium- en technologische vaardigheden, kan deze toepassen in concrete praktijksituaties en kan daarbij de moderne informatica-hulpmiddelen gebruiken.
- BL209 Hij/zij streeft naar een correcte voorbereiding en uitvoering, waarbij hij/zij zich bewust is van de veiligheidsaspecten (o.a. het besmettingsgevaar) en de kwaliteitseisen.
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- BL311 Hij/zij kan analyses uitvoeren in de diverse deeldomeinen van de klinische biologie: klinische chemie, microbiologie, hematologie, cyto(histo)logie, immunologie, genetica, hormonologie.
- BL314 Hij/zij kent de regelgeving inzake privacy en deontologie.
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- kennis en overzicht van de verschillende fungische aandoeningen
- laboratoriumtechnieken voor onderzoek van klinische stalen in het mycologisch laboratorium
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
geen
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
geen
|
Andere begincompetenties
|
basiskennis microbiologie
|
LEERINHOUDEN
|
-
noties van fungische systematiek toegespitst naar pathogene schimmels
-
morfologie van anamorfe en teleomorfe vormen
-
mycetisme overzicht, case-report
-
mycotoxicose o.a. aflatoxines
-
fungische allergie
-
oppervlakkige mycosen - o.a. dermatofieten
-
subcutane mycosen
-
diepe inheemse mycosen Aspergillose - Cryptococcose
-
diepe candidose - zygomycose -
-
Pneumocystis jiroveci
-
diepe uitheemse mycosen
|
STUDIEMATERIAAL
|
-
microscopische preparaten van schimmelkulturen
-
schimmelstammen voor kultuur en identificatie
-
klinische stalen van oppervlakkige mycosen
-
histologische preparaten subcutane en diepe mycosen
-
cursus medische mycologie - Frans Paulussen
-
verschillende atlassen - referentiewerken mycologie
-
wetenschappelijke artikels - case reports- review artikels
| | | |
| | | |