ECTS-database Plantijn Hogeschool
  
 

3 Bedrijfsmanagement - 3RPSJ - Onderdelen - Praktijk sociale dienstverlening/9
  

O.O. heeft componenten: Neen
Afstudeerrichting: -:-
Code: 3JMSM
Academiejaar: 2007-2008
Type: kern
Niveau: uitdiepend
Programmajaar: 3
Periode binnen het modeltraject: M:9
Aantal studiepunten: 3
Wegingscoëfficient: 3
Totaal aantal contacturen: 15
Totaal studietijd: 78
Deeltijds programma:
Examencontract: mogelijk
Deliberatie: mogelijk
Vrijstelling of overdracht: mogelijk
Onderwijstaal: Nederlands
Lector(en): Verstraete Ludo


 

KORTE OMSCHRIJVING

We kunnen terecht trots zijn op onze sociale zekerheid en de daarmee samenhangende dienstverlening. Toch vallen er steeds groepen mensen door het vangnet.

In dit prakticum onderzoeken we in detail één thema van onze sociale dienstverlening.


COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
 Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

Algemene competenties

  • JM101 Denk- en redeneervaardigheid
  • JM102 Verwerven en verwerken van informatie
  • JM103 Vermogen tot kritische reflectie en projectmatig werken
  • JM106 Het vermogen van communiceren van informatie, ideeën, problemen en oplossingen, zowel aan specialisten als aan leken
Algemene beroepsgerichte competenties
  • JM208 Teamgericht kunnen werken
  • JM209 Oplossingsgericht kunnen werken in de zin van het zelfstandig kunnen definiëren en analyseren van complexe probleemsituaties in de beroepspraktijk en het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingsstrategieën.
  • JM210 Het besef van maatschappelijke verantwoordelijkheid samenhangend met de beroepspraktijk
  • JM211 Een brede interesse en openheid hebben naar andere culturen, alsook kennis hebben van de actualiteit, de politiek alsook van het maatschappelijke en economische gebeuren
Beroepsspecifieke competenties
  • JM312 Voorstudie: hij kan gegevens verzamelen, vakliteratuur bijhouden, wetswijzigingen en evoluties in de rechtspraak opvolgen, een probleem analyseren, besluiten formuleren, vakgenoten en andere deskundigen consulteren.
  • JM315 Productieve informatieverwerking: hij doet de verslaggeving en volgt ze op, hij verzorgt de redactie van diverse juridische documenten (o.a. contracten, procedurestukken, schadedossiers, hij neemt de behandeling en de begeleiding van procedures voor zijn rekening.
  • JM317 Onderhoud, samenwerking en communicatie: hij onderhoudt contacten met externe relaties, hij beheerst onderhandelings- en conflictsituaties, hij behandelt de betwiste zaken, start de nodige procedures, hij onderzoekt en definieert, via bevragingen, de behoeften van de klant, hij maakt afspraken met de klant en geeft hem feedback.
  • JM318 Research: hij neemt actief deel aan interne en externe vormingsactiviteiten in verband met zijn werk- en vakgebied, hij bestudeert de relevante vakliteratuur.
  • JM320 Flexibiliteit: hij kan zich vlot bewegen binnen de verschillende rechtsdisciplines, hij kan zich aanpassen aan verschillende werkomgevingen, hij kan zich concentreren op studie en opzoekingswerk als creatief zijn in het opstellen van geschriften en tegelijk een vlot onderhandelaar zijn.
  • JM321 Kritische ingesteldheid: hij kan de feiten objectief weergeven, heeft relativeringsvermogen, hij controleert de argumenten van de tegenpartij steeds op hun juistheid en tracht ze te ontzenuwen
  • JM322 Beslissingsvermogen: hij kan een gemotiveerd standpunt omtrent een juridische vraag formuleren, hij neemt naargelang zijn verantwoordelijkheid zelf een beslissing of in overleg.
  • JM324 Dienstverlenende ingesteldheid / Klantgerichtheid: hij licht de klanten in omtrent hun rechten en plichten, de relevantie van de feiten en de te volgen procedure, naargelang het bedrijf is hij doorlopend ter beschikking van zijn superieuren, medewerkers en klanten voor advies en hulp.
  • JM326 Zelfstandigheid: hij kan zelfstandig juridische problemen analyseren en adviezen formuleren, hij heeft een zelfstandig tijdsbeheer dat niet noodzakelijk gebonden is aan de officiële werkuren, hij neemt initiatief in het doorgeven van relevante wijzigingen in wetgeving of rechtspraak aan betrokkenen.
  • JM327 Doorzettingsvermogen en probleemoplossend vermogen: hij kan kritiek verwerken, hij vindt een oplossing voor aanvankelijk ?hopeloze? zaken en complexe problemen, hij neemt niet de weg van de minste weerstand bij conflicten, hij kan werken onder tijdsdruk.
  • JM333 Empathie: hij kan zich verplaatsen in de gevoelswereld/leefwereld van de klant waardoor hij een beter inzicht krijgt in de problematiek en de mogelijke oplossing ervan, hij kan de relevante vragen stellen aan de klant

SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
  • De student heeft inzicht in de algemene structuur van de sociale dienstverlening en meer gedetailleerde kennis van minstens één aspect.
  • De student ziet de realiteit van onze verzorgingsstaat en kan op basis van de analyse van één aspect een genuanceerd beeld hierover brengen.   
  • De student beheerst de vaardigheden als analytisch en synthetisch inzicht en communicatie vaardigheden zowel mondeling als schriftelijk en presenteren.



VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
geen
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn

Andere begincompetenties

De student kan zelfstandig informatie verwerven en verwerken om problemen op te lossen.

Hij/zij beschikt over de cognitieve vaardigheden om conclusies te trekken uit ogenschijnlijk niet samenhangende gegevens.

Hij/zij werkt samen met anderen in inzichten te verwerven en te delen.

De student is kritische ingesteldheid en resultaatgerichtheid.


LEERINHOUDEN
  • Practicum, onder de vorm van gecoacht groepswerk, waarbij ingegaan wordt op de fundamenten van de verzorgingsstaat. Op basis van de uitdieping van één topic per groep wordt de realiteit in onze maatschappelijke dienstverlening onderzocht, een sterkte /zwakte analyse gemaakt, cases uitgewerkt,….
  • Het is de bedoeling een ruimere dan uitsluitend juridische benadering van het onderwerp te geven.

STUDIEMATERIAAL

Wordt na vastlegging van de thema's gezamenlijk opgebouwd.


WERKVORMEN
Soort werkvorm uren  

%

hoor- en werkcolleges:

7

 lesuren

  05,65

practicum en oefeningen:

0

 lesuren

  00,00

vormen van groepsleren:

7

 lesuren

  05,65

studietijd buiten contacturen:

109

 klokuren

  87,90

Verdere toelichting:
Groepswerk met wekelijks coachings- en sturingsgesprek.  Verplichte aanwezigheid.

EVALUATIE

Eerste examenperiode
  • 10 punten staan op de presentatie van het groepswerk voor de totale klasgroep. Ieder groepslid licht één bepaald aspect, case, … van het onderwerp toe, zowel mondeling als schriftelijk.
  • Onderlinge afstemming is hierbij belangrijk zodat een aaneensluitend geheel kan gepresenteerd worden.
  • 5 punten op de actieve deelname aan de collectieve bespreking na elke presentatie. Belangrijk is dat je je ook inleeft in de andere onderwerpen en hierover gericht vragen, interventies, toelichting kunt geven.
  • 5 punten op Peer assessment van het groepswerk.

tijd voor examinering
uren
1

%
 
 00,81

Tweede examenperiode
Aanvulling en vervollediging van de besproken en aangegeven gebreken van het groepswerk (10 punten) + presentatie en verdediging aan de lector (10 punten).