|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Het opleidingsonderdeel verschaft een volledig overzicht over het burgerlijk recht vertrekkende vanuit de persoon over de zaken tot en met de verbintenissen. Er wordt tevens verwezen naar de regeling inzake erfrecht.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- OF101 Denk- en redeneervaardigheid: op zelfstandig wijze een administratieve unit vlot laten functioneren, waarbij alle taken precies en efficiënt worden uitgevoerd.
- OF102 Verwerven en verwerken van informatie: administratieve informatie kunnen verzamelen, uitwisselen en verwerken. Informatiedoorstroming efficiënt kunnen begeleiden. Creatief kunnen met taken rond informatieverwerking.
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- OF209 Oplossingsgericht kunnen werken in de zin van het zelfstandig kunnen definiëren en analyseren van complexe probleemsituaties in de beroepspraktijk en het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingsstrategieën.
- OF210 Het besef van maatschappelijke verantwoordelijkheid samenhangend met de beroepspraktijk.
- OF211 Een brede interesse en openheid hebben naar andere culturen, alsook kennis hebben van de actualiteit, de politiek alsook van het maatschappelijke en economische gebeuren.
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- OF316 Informatie verzamelen: Kennis van dossiersystemen, klasseermethoden en elektronische informatieverzameling. Nieuwe dossiers maken en verzamelen van de gegevens. Beheren van dossiers. Informatie verzamelen over congreslocaties, leveranciers. Checklists van taken met opvolging van taakverdeling en deadlines. Prijsberekeningen en prognoses maken in Excel.
- OF337 Discretie: Hij/zij leeft strikt het beroepsgeheim na.
- OF347 Kritische ingesteldheid :Hij/zij heeft een houding om het eigen handelen en denken en dat van anderen kritisch te evalueren en is bereid en in staat daarover met de betrokkenen te communiceren.
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- Inzicht hebben in de wettelijke bepalingen van het burgerlijk recht en in de heersende tendensen daarover in de rechtspraak.
- Verbanden kunnen leggen tussen wettelijke bepalingen van het burgerlijk recht.
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
geen
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
geen
|
Andere begincompetenties
|
Teksten kunnen analyseren en samenvatten.
|
LEERINHOUDEN
|
- Indeling van het recht
- De bronnen van het recht
- Algemene begrippen
- Personen
- Goederen en zekerheden
- Verbintenissen
- Familie en gezin
- Erven
|
STUDIEMATERIAAL
|
Broeckaert, Burgerlijk recht, Acco, 2006, ISBN 90-334-4879-3
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
14
|
lesuren
|
15,05
|
practicum en oefeningen:
|
14
|
lesuren
|
15,05
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
63
|
klokuren
|
67,74
|
Verdere toelichting:
Hoorcolleges met vraag en leergesprekken, ca. 14 uur; de inbreng van de student via discussie is daarbij essentieel.
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
Schriftelijk examen op 20 punten.
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
Schriftelijk examen op 20 punten.
|