1 Journalistiek - 1JOUS - Onderdelen - Vierde taal: Spaans 1 |
|
|
|
O.O. heeft componenten: |
Neen |
Afstudeerrichting: |
-:- |
Code: |
00259 |
Academiejaar: |
2007-2008 |
Type: |
keuze |
Niveau: |
inleidend |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
S:1 |
Aantal studiepunten: |
3 |
Wegingscoëfficient: |
1 |
Totaal aantal contacturen: |
38 |
Totaal studietijd: |
78 |
Deeltijds programma: |
|
Examencontract: |
niet mogelijk |
Deliberatie: |
mogelijk |
Vrijstelling of overdracht: |
mogelijk |
Onderwijstaal: |
Spaans |
Lector(en): |
Paenhuysen Kathleen
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Je oefent de basisgrammatica en – woordenschat stapsgewijs in en je bereikt een bevredigend niveau in het begrijpen en opstellen van eenvoudige teksten. Op het einde van het eerste jaar zal je al een Spaans gesprekje kunnen voeren over courante situaties.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- JO103 De student kan meertalig communiceren.
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- JO309 De student is taalvaardig op zowel mondeling als schriftelijk niveau.
- JO311 De student heeft een ruime kijk op de wereld en kent de maatschappelijke ontwikkelingen.
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
De student bereikt het niveau A1 van het Europees Referentiekader.
- De student kan eenvoudige teksten begrijpen.
- De student kan veel voorkomende woorden en zinnen begrijpen indien traag en duidelijk gesproken wordt.
- De student kan zich verstaanbaar maken met eenvoudige zinnen en uitdrukkingen. De student kan vragen stellen en beantwoorden in alledaagse situaties.
- De student kan korte berichten schrijven.
- De student is zich bewust van de culturele diversiteit in Spaanstalige landen.
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
Geen
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
Geen
|
Andere begincompetenties
|
Geen
|
LEERINHOUDEN
|
Communiciatieve onderwerpen:
- Vragen naar persoonlijke gegevens (naam, leeftijd, nationaliteit, beroep...) en daarop antwoorden / spellen / groeten en afscheid nemen / naar de betekenis van een woord vragen
- Spreken over plannen / spreken over interesses / redenen aangeven / aangeven welke talen je spreekt / talenkennis in kaart brengen
- Plaatsen en landen beschrijven / plaats aanduiden in de ruimte / over het klimaat spreken
- Objecten aanduiden (kleding en objecten voor dagelijks gebruik) / noodzaak uitdrukken / in winkels kopen: naar producten vragen, naar prijzen vragen / voorkeur uitdrukken
- Iemand voorstellen en beschrijven (uiterlijk, karakter...) / over hobby's spreken / vergelijken / spreken over persoonlijke relaties
- Over gewoontes spreken / frequentie uitdrukken / tijdsaanduidingen gebruiken
- Informatie vragen en geven over het menu / drankjes en tapas bestellen / spreken over eetgewoontes in Spanje / typische gerechten van Latijns-Amerika
- Beschrijven van dorp, wijk of stad / vervoermiddelen aangeven / de diensten in een wijk
- Over gebeurtenissen in het verleden spreken / over vaardigheden spreken / spreken over kwaliteiten en gebreken van personen
- Over een gebeurtenis in het verleden vertellen / over de duur spreken / tijdsuitdrukkingen voor het verleden
Grammaticale onderwerpen
- Het zelfstandig naamwoord / presente de indicativo van de regelmatige werkwoorden (-ar-er-ir) / het persoonlijk voornaamwoord als onderwerp / het lidwoord (bepaald en onbepaald) / de getallen / de vraagwoorden / de werkwoorden ser en estar / hay en estar / plaatsaanduidingen / het bijvoeglijk naamwoord / de superlatief / muy-mucho / qué - cuál(es) / vraagwoorden / het aanwijzend voornaamwoord / tener que + infinitief / het werkwoord ir / het werkwoord gustar / het bezittelijk voornaamwoord / presente de indicativo van de onregelmatige werkwoorden / het wederkerig werkwoord / también - tampoco / tijdsaanduidingen / het onpersoonlijke se / werkwoorden poner en traer / bevestiging en ontkenning / de pretérito perfecto / saber + infinitief / vorm en gebruik van de pretérito indefinido / empezar a + infinitief
|
STUDIEMATERIAAL
|
- Noodzakelijk studieriaal: Aula internacional 1: tekstboek met audio-cd, Difusión, Barcelona, 2005 / woordenlijst SP-NL en aanvullend studiemateriaal op Blackboard
- Aanbevolen studiemateriaal: woordenboek S-NL, NL
Functie van het studiemateriaal: Het tekstboek wordt gebruikt ter ondersteuning van de leeractiviteiten tijdens de les. Op de audio-cd bij het tekstboek staan uitspraakoefeningen en luisterteksten. Grammaticale overzichtspagina's vind je na elk hoofdstuk en achteraan in het tekstboek. De woordenlijst op Bb is bestemd voor zelfstudie. Het extra cursusmateriaal op Bb wordt voornamelijk gebruikt tijdens de uren monitoraat.
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
22
|
lesuren
|
03,70
|
practicum en oefeningen:
|
11
|
lesuren
|
01,85
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
55,6
|
klokuren
|
93,60
|
Verdere toelichting:
- Hoor-en werkcollege: Tijdens de hoor-en werkcolleges worden nieuwe talige en interculturele competenties aangereikt aan de hand van teksten en luisterteksten. Het opbouwen van een uitgebreide woordenschat staat centraal. Het grammatica-aanbod is beknopt en staat in dienst van de spreekvaardigheid. Er wordt eveneens aandacht geschonken aan culturele informatie uit de Spaanstalige wereld.
- Practicum en oefeningen: De oefeningen (tekstboek en aanvullend cursusmateriaal Bb) zijn zeer afwisselend en gericht op de mondelinge en schriftelijke uitdrukkingsvaardigheid. Er wordt steeds een actieve deelname aan het monitoraat verwacht: consolidatieoefeningen voor de nieuw geleerde grammatica en mondelinge oefeningen maken deel uit van de uren monitoraat.
- Leerbegeleiding: formatieve toetsten (na elk hoofdstuk), websites met extra oefeningen en autocorrectie (zie Bb), oefeningen in het taalpracticum (tweede semester), feedback bij mondelinge en schriftelijke oefeningen tijdens het monitoraat
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
- Schriftelijk examen (januari 6pt) (juni10pt): open en gesloten vragen, schrijfoefeningen en leesoefening, eventueel ook vertaling en meerkeuzevragen
- Mondelinge proef (juni 4 pt) van 10 minuten met 10 minuten voorbereidingstijd, evaluatiecriteria zijn uitspraak, vlotheid, woordenschat, grammaticale correctheid, communicatie en begrip
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
- Schriftelijk examen (16pt): open en gesloten vragen, schrijfoefeningen en leesoefening, eventueel ook vertaling en meerkeuzevragen
- Mondelinge proef (4 pt) van 10 minuten met 10 minuten voorbereidingstijd, evaluatiecriteria zijn uitspraak, vlotheid, woordenschat, grammaticale correctheid, communicatie en begrip
|
|
| |
|