2 Journalistiek - 2JOU - Onderdelen - Workshop Gedrukte media |
|
|
|
O.O. heeft componenten: |
Neen |
Afstudeerrichting: |
-:- |
Code: |
2PV65 |
Academiejaar: |
2007-2008 |
Type: |
kern |
Niveau: |
uitdiepend |
Programmajaar: |
2 |
Periode binnen het modeltraject: |
S:1 |
Aantal studiepunten: |
6 |
Wegingscoëfficient: |
2 |
Totaal aantal contacturen: |
99 |
Totaal studietijd: |
156 |
Deeltijds programma: |
|
Examencontract: |
niet mogelijk |
Deliberatie: |
mogelijk |
Vrijstelling of overdracht: |
mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Frateur Wouter Herroelen Patrick Marain Frederik Mermans Sandra Sterk Martine Van Praet Imelda
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Na introductiesessies van de verschillende workshopvakken (zoals fotografie, grafische technieken en web), werk je samen met je redactieteam aan een themamagazine dat aanslaat bij een vooropgesteld publiek, ook door zijn vormgeving. Jullie zijn in team verantwoordelijk voor research, journalistieke keuzes, tekstinhoud, foto’s en lay-out. Het eindproduct is het resultaat van de inbreng van heel wat vakken. Het kan alleen maar slagen mits intensieve samenwerking met je redactiegenoten.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- JO102 De student kan creatief denken.
- JO103 De student kan meertalig communiceren.
- JO104 De student kan informatie kritisch verwerven en verwerken.
- JO105 De student is in staat enige vorm van leiding te geven.
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- JO206 De student kan teamgericht werken.
- JO207 De student kan oplossingsgericht werken.
- JO208 In samenhang met de beroepspraktijk kan de student maatschappelijke verantwoordelijkheid opnemen.
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- JO309 De student is taalvaardig op zowel mondeling als schriftelijk niveau.
- JO311 De student heeft een ruime kijk op de wereld en kent de maatschappelijke ontwikkelingen.
- JO312 De student kan de journalistieke producten kaderen in het medialandschap in de ruime zin.
- JO313 De student kan kritisch nadenken over eigen en andere journalistieke producten en staat open voor voortdurende bijsturing.
- JO314 De student kan samenwerken met anderen en toont voldoende verantwoordelijkheidszin en collegialiteit om een groepsproduct tot een goed einde te brengen.
- JO315 Research en informatieverzameling: zoeken, vinden en selecteren van relevante geschreven en digitale bronnen en van relevante informanten. De student doet dat i.f.v. het journalistieke product en het medium, en desnoods onder tijdsdruk. Hiervoor beheerst hij o.m. interviewtechnieken.
- JO316 Reproductieve informatieverwerking en -verstrekking: registreren, selecteren, analyseren en synthetiseren van de voor zijn doelgroep relevante informatie. De student kan registreren met inzicht in informatie- en databestanden van voor de redactie relevante informatie, en vulgariserend met tekst- en beeldmateriaal omgaan.
- JO317 De student kan anderstalige bronnen zoeken, raadplegen, analyseren en bewerken voor journalistieke doeleinden.
- JO318 De student kan volwaardige journalistieke producten maken volgens de inhoudelijke, redactionele en vormelijke eisen van het medium. Voor productie en productie-assistentie betekent dit: het kennen van de productie van gedrukte media, van televisie- en radioprogramma's en van on-line media en er actie
- JO320 De student kan zelfstandig aan een journalistiek eindproduct werken.
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
FOTOGRAFIE: De student
- heeft kennis van vakterminologie en werkvormen.
- kan werken met een analoge en een digitale fotocamera.
- is in staat foto's te maken afgestemd op doel en doelgroep.
- heeft oog voor de esthetische en vormvereisten van het stilstaande beeld.
- heeft oog voor de journalistieke waarde van een foto.
- kan omgaan met het programma Photoshop (basiskennis).
- is vertrouwd met beeldtaal.
- kan omgaan met digitale beeldbewerking, zowel technisch als esthetisch.
FRANS:
- De student kan zich mondeling uitdrukken (taalbeheersing).
- De student kan gericht op zoek gaan naar Franstalige bronnen.
- De student kan Franstalige bronnen begrijpen, analyseren en mondeling samenvatten in het Frans.
- De student kan Franstalige bronnen begrijpen, analyseren, samenvatten en verwerken in een Nederlandstalig artikel en dit onder een bepaalde tijdsdruk.
REDACTIE:
- De student kan gericht informatie rond het afgesproken thema zoeken.
- De student kan de informatie verwerken in artikels.
- De student kan informatie verwerken in verschillende journalistieke genres.
GRAFISCHE TECHNIEKEN
- De student kan werken met het programma Adobe Illustrator (basiskennis).
- De student kan werken met het programma Adobe Indesign (basiskennis).
- De student kan een bestaande layout namaken in de vorm van een individuele brochure van 8 bladzijden (eigen cover, eigen teksten, eigen illustraties).
WEBJOURNALISTIEK
- De student kent het specifieke van webjournalistiek en het verschil tussen traditionele en webjournalistiek
- De student kan online schrijven.
- De student kent de betekenis en het belang van infografieken.
- De student kan een weblog aanmaken en onderhouden.
COLLECTIEF EINDPRODUCT
- De studenten kunnen in groep samenwerken.
- De studenten zijn in staat om teksten, illustraties en foto's en een layout te selcteren vanuit de doelstelling en de doelgroep die voorop wordt gesteld.
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
Volledige programmajaar 1JOU.
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
Geen
|
Andere begincompetenties
|
Belangstelling hebben voor actualiteit
|
LEERINHOUDEN
|
FOTOGRAFIE:
- Praktische toepassing van de opgesomde specifieke doelstellingen.
FRANS:
- Les mots de liaison et le résumé.
REDACTIE:
- Bepalen van bruikbare onderwerpen binnen het opgegeven thema, rekening houdend met visualisering en praktische haalbaarheid.
- Werkverdeling en werkplanning.
- Magazineplanning: rubrieken, genres, mix, pagina's, planningstabel.
ALLE FACETTEN
Alle concrete opdrachten zijn opgenomen in een instructieboekje
|
STUDIEMATERIAAL
|
De studenten ontvangen een instructieboekje over de workshop met alle deelopdrachten en deadlines.
FOTOGRAFIE: verplichte lectuur:
- Multimedia, naslagwerk voor audiovisuele communicatie’, Walter Van den Branden, Publicom
- Presentatie mbt vakterminologie en -begrippen, Blackboard
- Cursus 'Digitale fotografie', Blackboard
- Oefenbundel Photoshop, Blackboard
aanbevolen literatuur:
- 'Digitale fotografie en Beeldbewerking’, Frans Barten, Focus Publishing
- 'The Photoshop CS Book' Scott Kelby, New Riders
FRANS:
- Teksten uit de geschreven en audiovisuele pers.
- Module: "Les mots de liaison et le résumé" (Frans: 2de jaar)
- Leerplatform Blackboard
REDACTIE: GRAFISCHE TECHNIEKEN: WEBJOURNALISTIEK:
- Het materiaal dat tijdens de lessen wordt aangereikt
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
12
|
lesuren
|
08,30
|
practicum en oefeningen:
|
74
|
lesuren
|
51,18
|
vormen van groepsleren:
|
10
|
lesuren
|
06,92
|
studietijd buiten contacturen:
|
45.6
|
klokuren
|
31,54
|
Verdere toelichting:
Facetten van deze workshop zijn:
- Redactie 2
- Webjournalistiek
- Frans 2
- Fotografie
- Grafische Technieken
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
Een gedetailleerde beschrijving is terug te vinden in het instructieboekje van de workshop.
Aanwezigheid is verplicht. Wie driemaal afwezig is bij de procesbegeleiding van een bepaald facet krijgt een nul voor dat facet, en wordt uitgesloten voor de volledige workshop. Medische attesten gelden niet als verzachtende omstandigheid voor het nakomen van alle verplichtingen of deelopdrachten.
Voor een taak of werkstuk dat onvolledig, niet, of te laat wordt afgegeven, krijgt de student een nul. De scores van alle deeltaken worden mathematisch opgeteld.
Als men uitspraken, werkstukken, foto's ... letterlijk overneemt van een ander en niet aantoont dat het om een citaat gaat, of daarmee ingaat tegen de afspraak om exclusief eigen materiaal te gebruiken, pleegt men een vorm van intellectuele diefstal die plagiaat heet. Bij elke vaststelling wordt plagiaat gestraft, volgens de procedure beschreven in de artikels 94 tot en met 97 van het OER
Tekort van x op een facet
|
Max. totaalscore voor opl.ond.
|
1
|
Mathematisch berekende totaalscore
|
2
|
Mathematisch berekende totaalscore
|
3
|
7/20
|
4
|
6/20
|
5
|
5/20
|
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
Het facet waarvoor de onvoldoende werd behaald, wordt in tweede exameperiode opnieuw afgelegd.
Punten voor een deelexamen waarvoor je tijdens de eerste examenperiode een voldoende behaalde, worden overgedragen naar de tweede examenperiode.
Groepswerk is tijdens de vakantie onmogelijk; daarom zal het voor de tweede examenperiode vervangen worden door een individuele opdracht.
|
|
| |
|