2 Elektromechanica - 2AUT - Onderdelen - Labo analoge technieken |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Industriële elektronica |
Afstudeerrichting: |
-:- |
Code: |
00434 |
Academiejaar: |
2007-2008 |
Type: |
kernondersteunend |
Niveau: |
uitdiepend |
Programmajaar: |
2 |
Periode binnen het modeltraject: |
M:4 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
30 |
Totaal aantal contacturen: |
27 |
Totaal studietijd: |
62,4 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Broeckx Alex Nulens Krist
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Aansluitend op de lessen elektronica van het eerste programmajaar gaan we in het labo m.b.v. praktische opstellingen, de mogelijkheden van de verschillende schakelingen en toestellen leren kennen. In kleine groepjes, worden zowel 'live'-metingen als simulaties uitgevoerd. De taakverdeling binnen je groep is wisselend. Zo ben je om beurt groepsleider, of verantwoordelijk voor de praktische uitvoering en simulaties op de PC.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- EM101 De student kan nauwgezet, op een zelfstandige wijze, strategisch/efficiênt denken en verantwoord handelen in een multidisciplinaire omgeving van de beroepscontext.
- EM102 De student kan geordend, kernachtig en gesynthetiseerd een verslag opstellen, toelichten en/of een opvolgingsdossier beheren. De student kan beroepsspecifieke informatie opzoeken en verwerken.
- EM106 De student is in staat tot het uitvoeren van eenvoudige leidinggevende- en managementtaken.
- EM107 De student kan, op basis van zijn multidisciplinaire en afstudeerspecifieke kennis, communicatie met opdrachtgevers/klanten/ontwikkelaars/productiemedewerkers ontwikkelen en onderhouden.
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- EM213 De student kan in snel veranderende werkomstandigheden en op basis van zijn/haar doorzettingsvermogen, prestatiegericht werken.
- EM214 De student is in staat om uitvoerende taken nauwgezet en volgens de regels van de kunst (of goed vakmanschap) uit te voeren. / De student is in staat om risico's te herkennen en in te schatten.
- EM215 De student kan onder tijdsdruk en bij onvoorziene omstandigheden effectief blijven functioneren.
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- EM316 De student kan via het verzamelen van (meet)gegevens en fysische waarnemingen het oorzakelijk verband van de fout vaststellen.
- EM320 De student is in staat om Meet- en Regelsystemen te ontwerpen, te installeren, aan te sluiten, te koppelen en te vervangen volgens de gegeven schema's en plantekeningen, rekening houdend met de vigerende veiligheidsregels en -middelen die hij/zij kritisch weet toe te passen.
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- Het onderzoeken van verschil tussen theoretische kennis van opamps en praktische schakelingen. Analyseren van eventuele verschillen.
- Het leren meten op elektronische schakelingen. .
- Door middel van schema-analyse en metingen, de werking en eigenschappen van verschillende opamp-schakelingen leren.
- Reeds bestaande schakelingen leren simuleren en de mogelijkheden ontdekken.
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
|
Andere begincompetenties
|
|
LEERINHOUDEN
|
-
de scoop
-
actieve en passieve componenten
-
Passieve filters
-
Opamp als comparator, thermostaat en lichtsensor
-
Timer 555 als AMV en frequentie | | | |
|