1 Biomedische laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Inleiding in de bioorganische chemie |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Chemie |
Afstudeerrichting: |
-:- |
Code: |
10031 |
Academiejaar: |
2007-2008 |
Type: |
? |
Niveau: |
? |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
: |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
26 |
Totaal aantal contacturen: |
15 |
Totaal studietijd: |
33,8 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Vandevelde Pita
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Bijna alle verbindingen die in biologische processen een rol spelen, zijn voor een aanzienlijk deel uit koolstof opgebouwd. Bio-organische chemie wil de brug slagen tussen organische chemie en biochemie. De veranderingen die koolstofverbindingen ondergaan in de levende cel zijn in wezen dezelfde als de reacties uitgevoerd in een laboratorium. Biologische verbindingen zijn weliswaar groter en complexer van structuur dan de meeste organische verbindingen, maar het gedeelte dat tijdens een biologisch proces de werkelijk chemische veranderingen ondergaat is slechts beperkt en op zich niet ingewikkelder van structuur dan de meeste kleine organische moleculen. Deze lessenreeks handelt over belangrijke onderdelen van verschillende bio-organische moleculen
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- BL101 Hij/zij kan zijn werk op een efficiënte en ordelijke wijze organiseren en hanteert tijdmanagementtechnieken.
- BL102 Hij/zij kan relevante informatie verzamelen.
- BL103 Hij/zij deelt de problemen op en onderscheidt hoofd- van bijzaken, redeneert logisch, werkt nauwkeurig, denkt kritisch, trekt gegronde conclusies uit beschikbare informatie.
- BL104 Hij/zij stelt zich open voor het verwerven van nieuwe kennis en vaardigheden en kan daartoe de gepaste leerstrategieën aanwenden.
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL207 Hij/zij heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis. Deze deskundigheid omvat de verschillende aspecten van de biomedische wetenschappen, waaronder: chemie, biologie, biochemie, microbiologie, anatomie, fysiologie, hematologie en immunologie.
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
-
De student kent het onderscheid tussen de verschillende klassen van verbindingen.
-
De student kan de verschillende voorstellingswijzen van een molecule interpreteren.
-
De student kan organische moleculen een naam geven en verschillende functionele groepen herkennen in de naamgeving en het molecule.
-
De student herkent de belangrijkste biomoleculen.
-
De student heeft een uitgebreide kennis van aminozuren: hun structuur, de klassificatie en het zuurbasegedrag.
-
Door deelname aan het dicussieforum werkt de student aan de ontwikkeling van volgende competenties: - ontwikkeling van denk- en redeneervaardigheid - beheer van leerproces: in staat zijn relevante (informatie)-bronnen te verzamelen en te verwerken, begrijpend lezen, kernzaken onderkennen en relevante conclusies trekken
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
geen
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
geen
|
Andere begincompetenties
|
geen
|
LEERINHOUDEN
|
-
De verschillende klassen van verbindigen: Alifatische moleculen Cyclische moleculen Heterocyclische moleculen Aromatische moleculen Congeneren
-
De verschillende manieren om een molecule voor te stellen: Fisherprojectie Wedge projectie Skeletstructuur
-
Basisbegrippen van de naamgeving van organische moleculen
-
De belangrijkste biomoleculen: Suikers Eiwitten Lipiden en lipoproteïne Nucleïnezuren
-
Aminozuren klassificatie van aminozuren structuur van de 20 belangrijkste aminozuren zuurbase gedrag van de aminozuren isoelektrisch punt zwitterion
|
STUDIEMATERIAAL
|
- Noordzakelijk studiemateriaal:
cursus P. Vandevelde ‘Inleiding in de bio-organische chemie’ Blackboard voor presentaties, extra oefeningen, externe links, mindmaps, discussiefora, FAQ Aminozuren: http://www.biology.arizona.edu/biochemistry/problem_sets/aa/aa.html
- Aanbevolen studiemateriaal:
‘Inleiding in de bio-organische chemie’, Engbersen, J.F.J, De Groot, AE., Wageningen pers, 1995, ISBN-10 90-74134-21-1 'Organic Chemistry', Mc Murry, J., Brooks/Cole-Thomson Learning, 2004, ISBN 0-534-42005-2 ‘Sesam Atlas van de biochemie’, Koolman, J., Röhm, K.-H., SESAM, 2004, ISBN 90-5574-443-3 Materiaal aanwezig in de bibliotheek
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
12
|
lesuren
|
33,33
|
practicum en oefeningen:
|
2
|
lesuren
|
05,56
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
21
|
klokuren
|
58,33
|
Verdere toelichting:
- hoorcollege, werkcollege en praktijksessie
- Gedurende de lessenreeks worden door de verantwoordelijke lector verschillende vragen gesteld in het discussieforum van de elektronische leeromgeving. Deze vragen behandelen belangrijke 'randonderwerpen' die nodig zijn voor het begrijpen van de lessen (oa zuurbasegedrag, aromaticiteit van een moleculen, extra oefeningen). De studenten lossen deze vragen op binnen dit forum. De antwoorden op deze vragen komen aan bod tijdens de praktijksessies.
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
-
INT1-1
-
Schriftelijk examen met kennis- , inzichts- en toepassingsvragen, zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als openvragen kunnen aan bod komen. De student bewijst dat hij voldoende kennis heeft van organische (bio)-moleculen, hun naamgeving, voorstellingswijzen en hun chemische eigenschappen en bewijst dat hij in staat is om relevante chemische informatie te verwerken
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
-
INT1-1
-
Schriftelijk examen met kennis- , inzichts- en toepassingsvragen, zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als openvragen kunnen aan bod komen. De student bewijst dat hij voldoende kennis heeft van organische (bio)-moleculen, hun naamgeving, voorstellingswijzen en hun chemische eigenschappen en bewijst dat hij in staat is om relevante chemische informatie te verwerken
|
|
| |
|