ECTS-database Plantijn Hogeschool
  
 

3 Biomedische laboratoriumtechnologie - 3MLT - Onderdelen - Stage
  

O.O. heeft componenten: Neen
Afstudeerrichting: -:-
Code: 30075
Academiejaar: 2007-2008
Type: kernondersteunend
Niveau: gespecialiseerd
Programmajaar: 3
Periode binnen het modeltraject: P:8
Aantal studiepunten: 23
Wegingscoëfficient: 23
Totaal aantal contacturen: 521
Totaal studietijd: 598
Deeltijds programma:
Examencontract: niet mogelijk
Deliberatie: mogelijk
Vrijstelling of overdracht: mogelijk
Onderwijstaal: Nederlands
Lector(en): Reyniers Kathy


 

KORTE OMSCHRIJVING

De stage heeft tot doel de student praktijkervaring te laten opdoen in een reële laboratoriumomgeving. De stagiair wordt tewerkgesteld in een medisch laboratorium. Hij dient de kans te krijgen zich verder vertrouwd te maken met de problematiek van de staalafname, het uitvoeren van de analyses in de diverse deeldomeinen van de klinische biologie zoals klinische chemie, microbiologie, hematologie, cyto(histo)logie, immunologie, genetica, endocrinologie en bij het uitvoeren van in vivo-technieken..


 

COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
 Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

Algemene competenties

  • BL101 Hij/zij kan zijn werk op een efficiënte en ordelijke wijze organiseren en hanteert tijdmanagementtechnieken.
  • BL102 Hij/zij kan relevante informatie verzamelen.
  • BL103 Hij/zij deelt de problemen op en onderscheidt hoofd- van bijzaken, redeneert logisch, werkt nauwkeurig, denkt kritisch, trekt gegronde conclusies uit beschikbare informatie.
  • BL104 Hij/zij stelt zich open voor het verwerven van nieuwe kennis en vaardigheden en kan daartoe de gepaste leerstrategieën aanwenden.
  • BL105 Hij/zij kan samenwerken met collega's zowel uit de eigen als uit andere vakdisciplines. Hij/zij functioneert goed in teamverband.
  • BL106 Hij/zij kan ordelijk en duidelijk rapporteren over zijn/haar werk, schrijft en spreekt vlot en in een taal aangepast aan de doelgroep.
Algemene beroepsgerichte competenties
  • BL207 Hij/zij heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis. Deze deskundigheid omvat de verschillende aspecten van de biomedische wetenschappen, waaronder: chemie, biologie, biochemie, microbiologie, anatomie, fysiologie, hematologie en immunologie.
  • BL208 Hij/zij beschikt over goede laboratorium- en technologische vaardigheden, kan deze toepassen in concrete praktijksituaties en kan daarbij de moderne informatica-hulpmiddelen gebruiken.
  • BL209 Hij/zij streeft naar een correcte voorbereiding en uitvoering, waarbij hij/zij zich bewust is van de veiligheidsaspecten (o.a. het besmettingsgevaar) en de kwaliteitseisen.
Beroepsspecifieke competenties
  • BL310 Hij/zij kan een adequate staalafname uitvoeren in de diverse deeldomeinen van de klinische biologie: klinische chemie, microbiologie, hematologie, cyto(histo)logie, immunologie, genetica, hormonologie.
  • BL311 Hij/zij kan analyses uitvoeren in de diverse deeldomeinen van de klinische biologie: klinische chemie, microbiologie, hematologie, cyto(histo)logie, immunologie, genetica, hormonologie.
  • BL312 Hij/zij beheerst de in-vivotechnieken.
  • BL313 Hij/zij kan de handelingen uitvoeren die aan de diagnose voorafgaan, of die de toepassing van een handeling of de uitvoering van maatregelen van de preventieve geneeskunde betreffen.
  • BL314 Hij/zij kent de regelgeving inzake privacy en deontologie.

SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
  • Hij/zij dient de kans te krijgen zich verder vertrouwd te maken met de problematiek van de staalafname, het uitvoeren van de analyses in de diverse deeldomeinen van de klinische biologie zoals klinische chemie, microbiologie, hematologie, cyto(histo)logie, immunologie, genetica, endocrinologie en bij het uitvoeren van in vivo – technieken
  • Zijn/haar aandacht moet gaan naar een correcte voorbereiding en uitvoering, waarbij hij/zij zich bewust moet zijn van de veiligheidsaspecten en kwaliteitseisen.
  • Binnen de stagewerkzaamheden wordt ruimte voorzien voor het schrijven van een verslag (eindwerk) over een onderwerp dat nader wordt uitgediept. Hiervoor komen o.a. in aanmerking: het op punt stelen van een nieuwe analysemethode, het onderzoek van bepaalde parameters, de vergelijking van analysetechnieken, de validatie van een procedure.

VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn

De parate kennis aangaande de verschillende opleidingsonderdelen uit de opleiding.

  • een algemene chemie opleiding
  • de basisvakken algemene en bio - organische chemie, fysica, wiskunde en statistiek, biologie, microbiologie,anatomie, fysiologie en pathologie, communicatie en computeroefeningen
  • optievakken biochemie, analytische en instrumentele chemie, microbiologie, hematologie, immunologie, mycologie en parasitologie

Kortom alle opleidingsonderdelen van het 1ste en 2de programmajaar


Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn

Alle opleidingsonderdelen van P7


Andere begincompetenties
geen
LEERINHOUDEN

Volgende opgelegde perioden komen voor tijdens de stage:

  • hematologie (4-tal weken)
  • microbiologie (4-tal weken)
  • klinische biochemie (4-tal weken)

De volgorde van de perioden wordt door de labo's zelf vastgelegd. Afhankelijk van het onderwerp van het eindwerk wordt een van de bovenvernoemde perioden verlengd  met 2 weken.


STUDIEMATERIAAL

Stagevademecum

Bundel 'Rapportering eindwerk'


WERKVORMEN
Soort werkvorm uren  

%

hoor- en werkcolleges:

0

 lesuren

  00,00

practicum en oefeningen:

520

 lesuren

  86,81

vormen van groepsleren:

0

 lesuren

  00,00

studietijd buiten contacturen:

78

 klokuren

  13,02

Verdere toelichting:
  • De lector -stageverantwoordelijke wijst de student een stageplaats toe met aandacht voor de interesses, voorkeuren en woonplaats van de student.
  • De lector -stagebegeleider onderhoudt de contacten met het labo en de student.

EVALUATIE

Eerste examenperiode
  • De stagementor beoordeelt het stageverloop a.h.v. een stagebeoordelingsformulier.
  • Na de stage dient het eindwerk te worden verdedigd voor een jury.
  • Het totaalcijfer voor de stage staat voor circa  38 % van de totale jaarpunten en is samengesteld uit de volgende deelevaluaties :
    • de activiteiten gedurende de stageperiode: 71%  (stagementor)
    • het eindwerk: 12%  (stagementor, stagebegeleider + lezers)
    • de mondelinge presentatie en verdediging: 17% (jury)

tijd voor examinering
uren
1

%
 
 00,17

Tweede examenperiode

na nieuwe stage bij aanvang van volgend academiejaar:

  • De stagementor beoordeelt het stageverloop a.h.v. een stagebeoordelingsformulier.
  • Na de stage dient het eindwerk te worden verdedigd voor een jury.
  • Het totaalcijfer voor de stage staat voor circa  38 % van de totale jaarpunten en is samengesteld uit de volgende deelevaluaties :
    • de activiteiten gedurende de stageperiode: 71%  (stagementor)
    • het eindwerk: 12%  (stagementor, stagebegeleider + lezers)
    • de mondelinge presentatie en verdediging: 17% (jury)