ECTS-database Plantijn Hogeschool
  
 

3 Chemie - 3BCO - Onderdelen - Fermentatietechnologie
  

Component behoort tot O.O.: Biotechnologie
Afstudeerrichting: -:-
Code: 30036
Academiejaar: 2007-2008
Type: ?
Niveau: ?
Programmajaar: 3
Periode binnen het modeltraject: :
Aantal studiepunten: nvt
Wegingscoëfficient: 22
Totaal aantal contacturen: 9
Totaal studietijd: 22,88
Deeltijds programma:
Vrijstelling of overdracht: niet mogelijk
Onderwijstaal: Nederlands
Lector(en): Soetaert Anneleen


 

KORTE OMSCHRIJVING

Bij fermentatieprocessen worden microörganismen zoals bacteriën, schimmels en gisten ingezet in de productie van bruikbare stoffen op industriële schaal. Ze kunnen vitaminen, biobrandstoffen, geurstoffen, geneesmiddelen en enzymen produceren.

Deze microörganismen komen in de natuur wijdverspreid voor waar ze echter zelden optimale groei omstandigheden treffen. Tijdens de industriële fermentaties worden de optimale voorwaarden  (voedingsstoffen, pH, temperatuur,...) gecreëerd voor de groei van deze organismen en de vorming van nuttige producten. Bovendien kan via gentechnologische technieken het genetisch materiaal van deze microörganismen gewijzigd worden waardoor een heel gamma van nuttige metabolieten en enzymen geproduceerd kunnen worden.

In deze cursus is het de bedoeling de kweekomstandigheden van industriële fermentaties te belichten alsook een aantal praktische voorbeelden.


COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
 Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

Algemene competenties

  • CH101 Hij / zij kan plannen en organiseren.
  • CH102 Hij / zij denkt analytisch en professioneel.
  • CH103 Hij / zij toont leerbereidheid.
  • CH104 Hij / zij is kritisch ingesteld.
  • CH105 Hij / zij is stressbestendig en assertief.
Algemene beroepsgerichte competenties
    Beroepsspecifieke competenties
    • CH327 Hij / zij bezit vakoverschrijdende en geïntegreerde basiskennis in genetica en moleculaire biologie, fysiologie, biochemische en metabolische processen, enzymologie, celbiologie, immunologie, voedingsmiddelenchemie, microbiologie, fermentatietechnologie, bioinformatica.

    SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN

    De student kan na deze lessenreeks:

    1. Het begrip witte biotechnologie situeren en een aantal voorbeelden uit het dagelijks leven aanhalen.
    2. Soorten kweek-principes en type bioreactoren opnoemen.
    3. De componenten van de industriële fermentatie media beschrijven.
    4. Inzicht in controle en sturing van de fermentatieprocessen hebben.
    5. Enkele toepassingen van fermentatie met betrekking tot metabolic engeneering en het onderliggend principe uitleggen.

    VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
    Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
    • Credit voor microbiologie, de levende cel, aromaten en toegepaste fasenleer.

    Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn

    Andere begincompetenties

    LEERINHOUDEN
    1. Industriële of witte biotechnologie
      1. Definitie
      2. Fermentatieprocessen: microörgenismen met nuttige metabolieten en biomassa.
      3. In het dagelijkse leven
    2. Industriële fermentatie
      1. Upscaling: van erlemeyer tot 500.000l reactor
      2. Microbiële kweek-principes: batch, fed batch, chemostat
      3. Type bioreactoren
      4. Industriële fermentatie media
      5. Sterilizatie
      6. Inoculum en groei
      7. Controle en sturing van het fermentatie proces (o.a. O2, CO2, pH, zuur, base, T, roersnelheid, schuimvorming)
      8. Een praktisch voorbeeld: de aerobe E. coli batch fermentatie.
    3. Metabolic Engeneering: toepassingen van nuttige microörganismen.

    STUDIEMATERIAAL

    Cursus 'Fermentatietechnologie' - auteur: Anneleen Soetaert - Plantijnhogeschool 2007.


    WERKVORMEN
    Soort werkvorm uren  

    %

    hoor- en werkcolleges:

    8

     lesuren

      34,78

    practicum en oefeningen:

    0

     lesuren

      00,00

    vormen van groepsleren:

    0

     lesuren

      00,00

    studietijd buiten contacturen:

    14

     klokuren

      60,87

    Verdere toelichting:

    EVALUATIE

    Eerste examenperiode
    Toetsing INT7-3, tijdens de examenperiode
    a. het examen bestaat uit een schriftelijk en mondeling gedeelte
    b. het mondeling gedeelte mag gedurende een korte periode schriftelijk voorbereid worden
    c. op het mondeling als het schriftelijk examen worden zowel kennis-, inzichts- als toepassingsvragen gesteld en gepeild naar het redeneervermogen van de student.

    tijd voor examinering
    uren
    1

    %
     
     04,35

    Tweede examenperiode

    2de zittijd: analoog examen als in 1ste zittijd.