|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Binnen de natuurwetenschappen heeft biologie een unieke plaats. Naast de beschrijving van de bouw en functies van de levende wezens toont de biologie de plaats van de mens aan in dat groter geheel van het leven op aarde en leert ons inzicht te krijgen in de werking van ons eigen lichaam. Maatschappelijke problemen zoals milieuverstoring, overbevolking, racisme, bio-ethiek, gezondheid en duurzame ontwikkeling krijgen door de biologie een nieuwe en rationele invalsbasis.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- SO101 Handelt integer en respectvol.
- SO103 Geeft blijk van verantwoordelijkheidszin.
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- SO205 Stelt zich assertief op.
- SO206 Heeft empathisch vermogen, toont openheid en zorg.
- SO209 Kan analytisch denken en zich een oordeel vormen.
- SO210 Toont maatschappelijke betrokkenheid en is vernieuwingsgericht.
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- SO313 Bezit leerlinggerichte didactisch-methodische competenties.
- SO318 Creëert een krachtige leeromgeving.
- SO320 Bezit kennis, inzichten, vaardigheden en attitudes in de vakdomeinen die in de opleiding aan bod komen.
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
-
inzicht hebben in de structuur van de biologie
-
inzicht hebben in de wetenschappelijke namen van planten en dieren
-
de inwendige en uitwendige bouw van gewervelde dieren en de mens begrijpen
-
een microscoop kunnen gebruiken
-
eenvoudige microscopische preparaten kunnen gebruiken
- de belangrijkste levensfuncties bij gewervelde dieren begrijpen
- een braakballenanalyse kunnen uitvoeren
- een inzicht hebben in de lessen biologie van het secundair onderwijs
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
geen
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
geen
|
Andere begincompetenties
|
geen
|
LEERINHOUDEN
|
-
kenmerken van het leven, de natuurwetenschappelijke methode, de systematiek van de levende organismen, de wetenschappelijke namen van planten en dieren
-
het onderscheid tussen gewervelde en ongewervelde dieren
-
de uitwendige en inwendige bouw van gewervelde dieren
-
het gebruik van de microscoop, zelf preparaten maken van plantencellen en dierlijke cellen
-
microscopische studie van enkele weefsels
-
inwendige bouw van de mens
-
voeding en vertering bij gewervelde dieren
-
braakballenanalyse
-
voortplanting bij de mens en andere gewervelde dieren
-
ademhaling bij de mens en andere gewervelde dieren
-
uitscheiding bij de mens en andere gewervelde dieren
-
transport bij de mens en andere gewervelde dieren
-
excursie naar de Zoo van Antwerpen
-
het onderwijsleermodel voor het biologieonderwijs
-
de doeleinden van het biologieonderwijs
|
STUDIEMATERIAAL
|
-
cursus 'de wetenschap van het leven' - Rob Asselberg
-
cursus 'excursies' - Rob Asselberg
-
boek 'Planten & andere niet-dierlijke organismen' - Asperges e.a. (2002)
-
boek 'Moderne Dierkunde' - Bossier e.a. (1999)
-
handboeken Biogenie 1 (leerboek en werkboek )(2006)
-
handboeken Biogenie 2 (leerboek en werkboek)(2007)
-
microscoop
-
levende planten en dieren
-
dode dieren
- skelet mens, diverse schedel zoogdieren
-
cursus vakdidactiek biologie - Rob Asselberg
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
48
|
lesuren
|
28,57
|
practicum en oefeningen:
|
16
|
lesuren
|
09,52
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
102
|
klokuren
|
60,71
|
Verdere toelichting:
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
-
permanente evalutie van de praktijksessies (20%)
-
schriftelijk examen (80%)
-
de aanwezigheid op de excursies en praktijksessies is verplicht
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
schriftelijk (de punten van praktijksessies en excursies blijven behouden)
|